Inleiding en context
Goede morgen beste ontvangers van deze ´kennisparels´, het is inmiddels donderdag 4 februari 2021. Ik vertrek vanmiddag voor een lang weekeinde naar het mooie eiland Texel. Lekker uitwaaien, wandelen, lekker koken en een Texels biertje. Wat een vooruitzicht. Maar toch nog even snel een zeer gedegen rapport over de omvang, invloed en zelfs bedreiging van de nationale veiligheid in het Verenigd Koninkrijk (VK) door verschillende vormen van fraude. Het mooie is dat de gehoorde klacht in het VK ook in Nederland is waar te nemen: fraudebestrijding is het ondergeschoven kindje binnen het beleid gericht op criminaliteitsbestrijding en rechtshandhaving.
Terecht of onterecht, bijgesloten rapport geeft een overtuigende analyse met betrekking tot de financiële schade, de zogenaamde nexus tussen fraude en georganiseerde misdaad en financiering van terroristische doeleinden. Kortom de verwevenheid van deze ogenschijnlijk specifieke fenomenen blijken een flinke samenhang te vertonen. Niet alleen conceptueel maar ook in de daadwerkelijke uitwerking van de schade aan de maatschappij. Om van te leren binnen het Nederlandse beleid rond de aanpak van het veelvormige fenomeen van fraude.
Bron
Wood, Helena, Tom Keatinge, Keith Ditcham & Ardi Janjeva (January 2021). The Silent Threat: The Impact of Fraud on UK National Security. London: Royal United Services Institute for Defence and Security Studies, 56 pp. https://rusi.org/publication/occasional-papers/silent-threat-impact-fraud-uk-national-security
Samenvatting
The UK´s growing fraud problem has wide-reaching impacts beyond the purely financial losses which are frequently the focus of the debate. Perhaps unique to this crime type, fraud has the potential to disrupt society in multiple ways, by psychologically impacting individuals, undermining the viability of businesses, putting pressure on public services, fuelling organised crime and funding terrorism. Despite growing public and political recognition of the problem, the response to date – which has largely been based on a purely criminal justice-led model and a vastly under-resourced one at that – has failed to turn the tide on a crime type which continues to see year-on-year growth. This paper therefore makes the case for a change in tack.
The financial scale of the problem alone gives cause enough to describe fraud as a national security concern. Yet, the issue continues to receive a lower billing in both the general national security debate and when considering recognised specific national security threats like Serious Organised Crime and terrorism, which in turn translates into lower resourcing and operational prioritisation. This is in part due to its hidden and less media-worthy nature when compared with other national security threats. However, as set out consistently throughout this paper, part of the reason for this can be traced back to a fundamental misrepresentation of fraud as a low-harm crime type, with limited impacts, mainly affecting those on the periphery of society.
This paper challenges these perceptions of fraud by setting out clear examples of the harmful broader impacts it has on society. By doing so, this paper makes the case for a more prominent place for fraud in the national security dialogue. The benefits of moving towards a national security-focused approach are evident: greater leadership, more resources and a ‘whole of system’ response to the problem. However, while a more prominent role for fraud in the national security dialogue is an important first step, actions – not words – will be key to turning the tide on the ‘many-headed’ hydra of fraud. This paper points to some clear priorities for attacking fraud as a national security concern:
- There are substantial lacunas in the national understanding of the totality of the fraud problem. Whether through better tasking of intelligence agencies, increased support for academic research or better data-sharing and collaboration between the public and private sectors, gaining a better strategic understanding of the ways in which fraud manifests itself as a threat to society, as an organised crime threat or as a funding stream for terrorism will be key to designing a new blueprint for the future response. There is a need for better leadership in the fraud sphere, both at central government and law enforcement levels, to deal with the ‘responsibility vacuum’ around fraud. This can be achieved, in part, by establishing a ‘whole of system’, public–private fraud strategy, with clear reporting lines and responsibilities.
- Fraud continues to be an under-resourced area within policing, the wider public sector and the intelligence community. It is essential that a new fraud strategy comes with a significant boost in resourcing across the system. This includes funding for a new national-to-local law enforcement response, ring-fenced intelligence community resources and further investment in the public sector counter-fraud function. All of this should be bolstered by a new approach to public–private partnership in the fraud response.
- Fraud intersects with other established areas of national security in clear ways, whether that be the cyber, organised crime or terrorism threat. Fraud may be just one facet of these broader issues, but its under-representation as a vector of these issues presents an incomplete picture of the national security threat. While the paper proposes that a specific focus on fraud as a national security concern is needed to shift the dial in the response, it is also essential that in doing so, pathways for interdisciplinary connections are built, both in organisational and informational terms.
In short, from whichever angle the problem of fraud is assessed, its continued lack of prominence in the UK’s national security dialogue is hard to justify. Conversely, only the focus, leadership and resourcing which a national security response provides will be able to turn the tide on the ‘volume crime of our time’
Afsluitend
´Food for thought´ voor de Nederlandse aanpak van fraude. Blijkbaar heeft fraude op dit moment ´epidemische niveaus´ bereikt in het Verenigd Koninkrijk”, waarbij fraudeurs zelfs zogenaamde ´misdaad abonnementsdiensten´ aanbieden voor sommige vormen van fraude. Uit cijfers uit de nationale slachtofferenquête (England and Wales Crime Survey 2019-20) blijkt dat alleen al in Engeland en Wales 3,7 miljoen fraudegevallen zijn waargenomen onder de bevolking. Het gaat dan om creditcardfraude, identiteitsdiefstal, of cyber gerelateerde criminaliteit. Het bijgesloten rapport laat ook zien dat fraude leidt tot escalerende kosten voor het bedrijfsleven, die worden geschat op ongeveer £ 140 miljard per jaar. Voor de publieke sector liggen de kosten naar schatting ergens tussen de 31-48 miljard pond per jaar. Volgens de onderzoekers is de Britse fraude epidemie nu een nationale veiligheidskwestie, niet alleen vanwege de omvang ervan, maar ook vanwege de dadergroepen die zich hiermee bezig houden.
Er wordt geconcludeerd dat het Verenigd Koninkrijk een primair fraudedoelwit is geworden voor internationale georganiseerde misdaadgroepen en terroristische netwerken. De auteurs zijn dan ook van mening dat fraude op het huidige niveau het potentieel heeft om de samenleving te ontwrichten. Het ondermijnt daardoor de reputatie van het Verenigd Koninkrijk als een veilige plek om zaken te doen. Het verlies hierdoor van concurrentiepositie is des te meer een bijzondere zorg vanwege het vertrek uit de Europese Unie (EU). Het kan daardoor de opbouw van bredere mondiale economische betrekkingen in gevaar brengen. Lessen uit het VK voor Nederland lijkt mij, misschien is het de moeite waard een replicatie van deze studie in Nederland uit te voeren?