Inleiding en context

Vrijdagochtend 12 februari 2021, een schaatsweekeinde staat voor de deur. Nog even wat werk verzetten en dan heerlijk naar buiten de kou in. Maar eerst nog een ´kennisparel´ versturen aan de bijna 1000 ontvangers van binnen en buiten het ministerie van Justitie & Veiligheid. Jullie hebben natuurlijk gemerkt dat er grote diversiteit bestaat voor wat betreft de onderwerpen waar de verschillende pareltjes over gaan. Dat komt omdat de verzendlijst bestaat uit ontvangers die op het brede terrein van criminaliteit en rechtshandhaving hun dagelijkse werk verrichten. Dat betekent dat er sprake is van veel verschillende beleidsthema´s, criminaliteitsfenomenen, achtergrondproblematiek en variëteit in achtergronden van daders en slachtoffers. Veel ontvangers doen daarom aan ´cherry picking´, selecteer wat voor jou relevant is en negeer wat minder of niet relevant is. De pareltjes bieden wel een overzicht, inzicht en samenhang tussen de verschillende thema´s waarmee de ontvangers zich bezig houden. Dat is niet onbelangrijk omdat er te vaak in beleid en praktijk op de vierkante millimeter beleid wordt gevoerd zonder rekening te houden met het grote geheel en de achterliggende concepten en beleidstheorieën. Dat is jammer, want het beleid maken op die manier doet de  (grillige) werkelijkheid geen eer aan. OK, dat moest even van mijn hart.

Nu naar de ´kennisparel´ van vandaag. Het betreft een zeer recent verschenen systematisch overzicht van verschenen empirische kennis over de productie en verspreiding van kinderporno. Geen leuk, maar een zeer pijnlijk, voor slachtoffers verwoestend en maatschappelijk onacceptabel onderwerp. In de bijgesloten studie komen onderwerpen aan de orde zoals: Wat zijn de karakteristieken van daders? Karakteristieken van slachtoffers? Welke relatie bestaat tussen daders en slachtoffers? Welke modi operandi gebruiken daders om hun slachtoffers te selecteren? Welke technologie wordt gebruikt bij de verspreiding van kinderporno? En ten slotte wat zijn de opsporings- en preventieve mogelijkheden om de verspreiding van kinderporno te reduceren? Allemaal belangrijke vragen, ook in de context van de Nederlandse situatie en het hier gevoerde beleid rond kinderporno.

Bron

Cale, Jesse, Thomas Holt, Benoit Leclerc, Sara Singh & Jacqueline Drew (February 2021). Crime commission processes in child sexual abuse material production and distribution: A systematic review. Canberra: Australian Institute of Criminology, 22 pp.

https://www.aic.gov.au/sites/default/files/2021-02/ti617_crime_commission_processes_in_csam_production_and_distribution.pdf

Summary

This review synthesises empirical studies from the past decade investigating child sexual abuse material (CSAM) production and distribution to gain insight into crime commission processes involved in these crimes. The findings highlight overlaps in risk factors for child sexual abuse and CSAM production and distribution, and possible unique risk factors specific to the latter. A substantial amount of CSAM is produced in family contexts, and there are different motivations and strategies for producing CSAM. Taken together, the findings provide important foundational information about the variety of crime commission processes involved in CSAM production and distribution, helping the development of effective prevention and intervention strategies for this increasingly prolific type of crime.

Empirical research exploring specific aspects of the production and distribution of CSAM has increased in the past decade. To date, however, no studies have consolidated this evidence to provide a baseline overview of what is known about different aspects of offending processes used by CSAM offenders. The aim of the current study was to address this gap by conducting a systematic review of the empirical literature on crime commission processes involved in CSAM production and distribution. The key research question guiding the review is: what is currently known in the empirical literature regarding the production and distribution of CSAM?

As technological innovation continues to shape the production and distribution of CSAM, law enforcement organisations are increasingly limited in their ability to intervene. The rise of Tor and the Darknet has given perpetrators a level of anonymity that makes investigations difficult. In addition, some law enforcement methods used to work around encryption and identify offenders may violate their legal protections. As encrypted communication applications such as Signal and Telegram become more popular, the challenges facing investigators dealing with CSAM cases may only increase. Thus, new research must focus on emerging methods of CSAM distribution and how offenders operate using these technologies. One way to bolster prevention and intervention efforts is through crime scripting. This involves breaking down CSAM production and distribution step-by-step to systematically identify different processes through which offenders perpetrate these crimes. Recent research is available that scripted the pathways from consumption of adult pornography, to consumption of CSAM, to CSAM distribution, to child luring, and eventually to child sexual abuse and CSAM production. In effect, scripts highlight heterogeneous pathways to different aspects of CSAM offending. This exercise generates two key outcomes:

Crime scripting boosts the capabilities of experts, online investigators and law enforcement by given them a simple framework that breaks down complex processes and stimulates thinking for crime prevention, which can lead to a reduction in CSAM.

Afsluitend

Tja, dat zijn overduidelijk de rouwranden van Internet. De (anonieme) beschikbaarheid en reikwijdte van kinderporno is hier een negatief gevolg van. Nederland vervult trouwens een hoofdrol in de mondiale internetindustrie. Geografisch gezien fungeert Nederland als de digitale toegangspoort voor Europa omdat de trans-Atlantische kabels in Nederland binnenkomen. De hoogwaardige infrastructuur en stabiele elektriciteitsvoorziening in ons land voorziet bedrijven in de gewenste snelheid en onderlinge connectiviteit. Dit is aantrekkelijk voor internetondernemers die zich specialiseren in dataopslag en hosting. Hoewel Nederland profiteert van de digitale infrastructuur, wordt het gelijktijdig geconfronteerd met een duistere kant van het internet: illegale praktijken zoals het opslaan en verspreiden van kind pornografisch beeldmateriaal. Mede vanwege de Nederlandse positie in de internetindustrie, heeft Nederland een bijzondere verantwoordelijkheid om online seksueel kindermisbruik aan te pakken. Naast een prima legaal ondernemersklimaat bestaat er ook een ideaal illegaal ondernemersklimaat. Online seksueel kindermisbruik is een mondiaal grensoverschrijdend probleem dat niet stopt bij de landgrenzen. Een nationale aanpak is daarom niet genoeg. De strijd tegen online seksueel kindermisbruik is een internationale opgave, waarbij samenwerking tussen landen noodzakelijk is. Geïnteresseerden in dit beleidsonderwerp verwijs ik naar: file:///H:/Downloads/TK+Hostingbedrijven+en+kinderpornografisch+beeldmateriaal.pdf Dat was het weer voor vandaag. Alvast een fijn weekeinde en geniet van het winterweer. Tot a.s. maandag.