Inleiding en context
Het is vandaag woensdag 17 november 2021. De laatste blaadjes vallen van de bomen en de dagen worden steeds korter. Sommige mensen worden daar niet vrolijk van, dus als oppepper een hopelijk vrolijk en positief makende klassieke popsong om de ochtend mee te beginnen: https://www.youtube.com/watch?v=6vWTtx_PxPo Schitterend deze opname van 2 maart 1968. Maar nu naar de werkelijkheid van vandaag. Een bijgesloten ´kennisparel´ over het huidige kennisniveau over zogenaamd wapengeweld veroorzaak door lichte en middelzware vuurwapens.
Eén van de centrale debatten waar het onderzoek naar wapens betreft de vraag of de aanwezigheid en bezit van vuurwapens op zichzelf gewelddadige situaties dodelijker maakt, dit staat bekend als een instrumenteel effect. Een ander debat is dat vastberaden daders gewoon naar andere wapens zullen grijpen om dodelijke slachtoffers te maken in de afwezigheid van vuurwapens. Dit laatste standpunt veronderstelt voldoende intentionaliteit onder daders om hun slachtoffers te doden, ongeacht de beschikbare middelen om dat te doen. Studies over het dodelijk karakter van wapens, de kans op verwonding per wapentype, de intentie van de dader en de beschikbaarheid van vuurwapens leveren aanzienlijk bewijs dat wapens bijdragen aan dodelijke slachtoffers die anders niet-fatale aanvallen zouden zijn geweest. Eerder maakten Peter Klerks en ondergetekende een ´kennisinventarisatie extreem geweld en criminele vuurwapenhandel´: https://www.researchgate.net/publication/334697558_Kennisinventarisatie_extreem_geweld_en_criminele_vuurwapenhandel Ook relevant in kader van de bijgesloten ´kennisparel´ van vandaag.
De toenemende dodelijkheid van wapens, gebaseerd op omvang en technologie, en herkenbare lacunes in het bestaande wapenbeheersingsbeleid, betekenen dat nieuwe en innovatieve beleidsinterventies nodig zijn om het aantal dodelijke slachtoffers door vuurwapens te verminderen en de substantiële economische en (immateriële) sociale kosten van wapengeweld te reduceren. Wat is er momenteel bekend over het gebruik van vuurwapens? Wie zijn de meest problematische vuurwapenbezitters? Hoe staat het met de omvang van en het daadwerkelijk gebruik van vuurwapens? En hoe staat het met de effectiviteit van de internationale wapenwetgeving? Allemaal relevante vragen, ook binnen de context van het Nederlandse vuurwapenbeleid.
Bron
Florquin, Nicholas (November 2021). Gun violence: Insights from international research. Global Crime, 6 November, pp. 1-25. https://www.tandfonline.com/doi/full/10.1080/17440572.2021.1997741?src=
Summary
This article reviews research undertaken over the past two decades to support international policy on small arms and light weapons (SALW) – which include firearms – and discusses its relevance to academic debates and policy on gun violence. It examines whether SALW research generated a greater understanding of the most problematic uses and users of firearms, and of the role of different weapons as instruments of violence. SALW research helped shift international policy from armed conflicts to gun violence occurring in a range of developing and post-conflict settings, and in Europe following the 2015–16 terror attacks. This work underscored the proximate weapons sources that armed groups often utilise, and the importance of flows of certain weapons – such as converted firearms – and ammunition in fuelling violence. Undertaking impact evaluations of novel interventions, monitoring the impact of new technologies, and investigating the relationship between ammunition supply and violence are suggested ways forward.
This article uses US criminologist Franklin Zimring’s framework of uses, users, and instruments to discuss the relevance of SALW research to mainstream academic gun violence discussions. SALW researchers have previously referred to the Zimring formula as a template to frame and prioritise the most problematic dimensions of the SALW issue, drawing primarily from the US experience: https://www.scientificamerican.com/article/firearms-violence-and-public-policy/ This review uses the same template to highlight the most dangerous uses and users of SALW, and the most dangerous guns, as documented by the international SALW research community itself. The article demonstrates how SALW researchers made significant headways in certain areas, and notably with respect to explaining the role of specific weapons, ammunition, and non-state armed actors in the gun violence equation. It showcases methodological approaches and research findings from a selection of works published in the last two decades by the main institutions involved in SALW research, including the Small Arms Survey. While it does not claim to draw a comprehensive picture of SALW researchers’ contributions to knowledge, it organises and shares insights and findings from international research on SALW that speak to several of the core themes of the mainstream gun violence literature.
The key questions raised in this article are as follows:
- Have SALW researchers succeeded in generating a greater understanding of the most problematic SALW uses, users, and instruments in the regions where they intervened?
- Do the conclusions offered by the SALW research community confirm or challenge the research of scholars working on firearms issues, notably in relation to the accessibility and instrumentality questions?
- Is there evidence that SALW research has impacted policy decisions both within and beyond the international SALW field?
Finally, monitoring and anticipating the evolution of new technologies and their impact on the criminal distribution and sale of firearms represents a crucial challenge. The recent advances observed in 3D printing and the role of the Dark Web have proven more significant and rapid than expected with potentially significant implications for illicit arms flows and regulatory regimes. Researchers can play an important role in document[1]ing new trends, highlighting regulatory gaps, and analysing policy implications. Priority areas include cooperation with forensic specialists to scientifically assess the reliability and strength of new generations of 3D printed weapons, exploring avenues to improve the traceability of converted, modified, and homemade firearms, and scrutinising developments related to the illicit manufacture and trafficking of ammunition. Moving forward on these priorities will require continuing resources and engagement from a range of actors to allow SALW and gun violence researchers to think beyond the thematic and geographical scope of the projects they usually work on. Developing a more coherent global research agenda on SALW and ammunition is critical at a time of financial duress, when multiple crises highlight the ever-growing importance of sound evidence for policy-making in this field.
Afsluitend
Wereldwijde vergelijkingen van wapenbezit en wapengeweld maken duidelijk dat het liberale wapenbeleid in landen als de Verenigde Staten een veel grotere beschikbaarheid van vuurwapens tot gevolg heeft, en dat die beschikbaarheid sterk is gecorreleerd aan schietincidenten met dodelijke slachtoffers. Het is dan ook uit oogpunt van publieke veiligheid van belang om het bezit van zowel illegale als legale wapens onder de bevolking zoveel mogelijk in te perken.
Uit operationele onderzoeken en ondermijningsbeelden is gebleken dat in bepaalde grootstedelijke probleemwijken vele honderden jonge criminelen en ook jongens zonder noemenswaardige antecedenten bereid en in staat zijn tot het plegen van excessief geweld. Zij hebben toegang tot illegale vuurwapens en kunnen gemotiveerd worden om die daadwerkelijk te gebruiken. Hun vooruitzichten op een reguliere loopbaan waarmee ze hun materiële ambities kunnen waarmaken, zijn gering. Een bestaan als drugshandelaar of geweldsspecialist lijkt dan aanlokkelijk door de op straat en in het uitgaansleven zichtbare bereikbaarheid van materiële welstand. Criminelen hebben veel geld op zak, zijn duur gekleed en weten vaak opzichtige auto’s te organiseren die op naam staan van handlangers of familieleden. Wanneer criminelen betrokken raken bij geweldsincidenten kunnen zich kampen vormen op basis van vriendschap of clanverwantschap, waarvan druk kan uitgaan om partij te kiezen en mee te doen. Dit verontrustende beeld betekent dat er een aanzienlijk reservoir bestaat van bereidwillige uitvoerders van liquidaties en hulpkrachten zoals mensen die op de uitkijk staan, wapens verbergen en in voorbereiding hand- en spandiensten verrichten zoals het regelen van safehouses en snelle gestolen auto’s.
In Nederland wordt door politie en OM ervan uitgegaan dat veel liquidaties tegenwoordig samenhangen met problemen op de cocaïnemarkt. Misdaadondernemers en hun handlangers staan elkaar naar het leven ten gevolge van het veronderstelde achteroverdrukken van partijen drugs, in gebreke blijven bij levering of betaling, of bedreiging van elkaars marktpositie. Eenmaal ontstane conflicten en geweldsacties escaleren al snel naar nieuwe, nog gewelddadiger represailles of preventieve moorden. Angst is hierbij een belangrijke drijfveer, onzekerheid en achterdocht zijn cruciale factoren, de-escalatie is zelden een optie en gezichtsverlies is fataal voor de geloofwaardigheid en marktpositie van grote drugshandelaren. Het optreden van gespecialiseerde huurmoordenaars vergemakkelijkt bovendien de keuze voor gewelddadige conflictbeslechting. In een omgeving waar vuurwapens ruim voorhanden zijn en een belangrijke rol spelen in de subcultuur is wapengebruik een voor de hand liggende ‘oplossing’ bij conflicten. Er is dan sprake van een zogenaamde ´cycle of violence´, het is zaak dat alle zeilen worden bijgezet om deze situatie in Nederland te voorkomen. Onderstaande afbeelding maakt duidelijk hoe zo´n cirkel van wapengeweld er uit ziet.
Ten slotte, vers van de pers toch maar bijgesloten bij deze ´kennisparel´ dit onderzoek: ´Violence, worry and trust in the emergence of weapon-carrying´: https://journals.sagepub.com/doi/full/10.1177/14773708211046193?ck_subscriber_id=1458408984 Dit artikel identificeert longitudinale voorspellers van het dragen van wapens in een steekproef van 10-25-jarigen in Engeland en Wales. Het conceptualiseert het dragen van wapens als anticipatie op een ongunstige gebeurtenis en stelt hypothesen voor over de oorsprong van het dragen van wapens, afgeleid van het gebied van risicoanalyse. Het test met name of zorgen over ervaren slachtofferschap en geweldservaring later wapenbezit voorspellen en beoordeelt de matigende invloed van vertrouwen in de politie. De resultaten geven aan dat bezorgdheid over slachtofferschap geen voorspeller is van het dragen van wapens, maar ervaring als slachtoffer van geweld wel. Wantrouwen jegens de politie en criminaliteit door leeftijdsgenoten werden ook geïdentificeerd als belangrijke voorspellers van het dragen van wapens. De studie levert verder bewijs dat het dragen van wapens, in ieder geval over langere perioden, eerder een product is van ervaring met geweld en criminogene factoren dan een reactie op bezorgdheid over slachtofferschap.
Tot zover maar weer, blijf gezond, optimistisch en wees vooral aardig voor elkaar. Alleen zo gaan we echt solidair met elkaar om. Tot de volgende ´kennisparel´ die over een paar dagen in jullie mailbox valt.