Inleiding en context

Goede morgen allemaal, het is vandaag woensdag 20 april 2022. Vanochtend vertrek ik vroeg naar Vlissingen om met collega´s van het Strategisch Kenniscentrum Ondermijning verdere afspraken te maken voor de opzet van een wetenschappelijke kennisbank over aspecten van georganiseerde misdaad. Daarom begin ik met deze song, geschreven door de Beach Boys tijdens hun verblijf in Zeeland: https://www.youtube.com/watch?v=RQOaLP-qPmk

Van die op te zetten kennisbank kan de bijgesloten ´kennisparel´ van vanochtend bijvoorbeeld onderdeel uit gaan maken. Empirisch onderzoek naar georganiseerde misdaad in Nederland en internationaal. Bijgesloten ´kennisparel´ betreft een analyse waarin onderzocht wordt welke determinanten er toe bijdragen dat personen lid worden van georganiseerde misdaadgroepen. Het blijkt dat het suggestieve beeld van leden van machtige en grote misdaadorganisaties niet opgaat. De meeste groeperingen zijn vaak klein in omvang, sterk lokaal georiënteerd en ze hebben vaak dezelfde etnische en sociale afkomst. Taakspecialisatie binnen die kleine misdaadgroepen is sterk afhankelijk van de criminele activiteit. Er is vaak sprake van opportunistisch gedrag. Deze determinanten bieden handvaten voor de politiepraktijk bij de aanpak van georganiseerde misdaad.      

Bron

Campana, Paolo & Federica Varese (February 2022). The determinants of group membership in organized crime in the UK: A network study. Global Crime, 28 February, pp. 1-19. https://www.tandfonline.com/doi/full/10.1080/17440572.2022.2042261

Summary

In this paper, we explore the determinants of co-membership in organised crime groups in a British police force. We find that co-membership of OCGs is higher among individuals who share the same ethnicity and nationality; who have committed acts of violence; and who perpetrate the vast majority of their crimes in the same area. We also find a homophily tendency in relation to age and gender, and that task specialisation within groups is driven by the type of activity. We interpret some results as conforming to the argument that recruitment from a small area and similar ethnic/national background increases cooperation and reduces the likelihood of opportunistic behaviour in a context of rather effective policing. Our findings do not conform to the suggestive image of OC members as ‘urban marauders’ and OCGs as large and powerful multinationals. OCGs tend to be small, localised and formed by people with the same background.

Afsluitend

Het klassieke beeld en beeldvorming van de georganiseerde misdaad is in de loop der tijd bijgesteld. In Nederland worden geen ‘maffia-achtige, piramidale organisaties’ aangetroffen. Er is veeleer sprake van criminele netwerken die een fluïde en dynamisch karakter hebben. Soms betreft het meer omvangrijke en stabiele samenwerkingsverbanden, soms gaat het om in omvang beperkte en in organisatiegraad meer onsamenhangende groepen. De georganiseerde misdaad heeft echter ook andere verschijningsvormen. Gedacht kan worden aan bijvoorbeeld meer lokaal opererende jeugdbendes of internationaal opererende roofbendes. Voorts is van belang dat de georganiseerde misdaad met een sterk grensoverschrijdend karakter meestal zijn wortels heeft in lokale situaties en geografische gebieden. De illegale handel moet immers vanuit bepaalde locaties worden getransporteerd en gedistribueerd dan wel zijn weg vinden naar de lokale markten. Anders gezegd: de criminogene marktplaats is vaak geografisch gebonden.

De georganiseerde misdaad in Nederland is voor een belangrijk deel transitcriminaliteit. Criminele groeperingen zijn vaak betrokken bij illegale, grensoverschrijdende handel en smokkel (drugs, wapens, gestolen voertuigen, illegale immigranten, vrouwen) waarbij gebruik wordt gemaakt van dezelfde gelegenheidsstructuur die ook de legale economie faciliteert. Nederland is vooral een transitland, in behoorlijke mate een bestemmingsland en een belangrijk productieland (synthetische drugs, hennep). Niet alleen de geografische positie van Nederland en de rol als logistiek knooppunt in Europa, maar ook de sociale infrastructuur zorgt voor een ruime gelegenheidsstructuur in Nederland. De lokale situatie is ook in Nederland van belang bij de preventieve en repressieve aanpak van georganiseerde misdaad.

Criminaliteitsbeeldanalyses gaven aan dat de schade die door de georganiseerde misdaad aan de Nederlandse samenleving wordt toegebracht onverminderd hoog is. In sommige wijken in grote steden concludeert het bestuur dat er onverantwoorde machtsconcentraties dan wel opbouw van economische machtsposities door criminele samenwerkingsverbanden dreigen te ontstaan. Zulke criminele machtsconcentraties vormen een bedreiging voor de leefbaarheid van wijken en integriteit van het lokale bestuur en bedrijfsleven. Om deze redenen is de huidige aanpak dan ook sterk lokaal georiënteerd. Daarbij komt dat de bestaande sociaal maatschappelijke geconcentreerde problematiek, die als voedingsbodem dienst doet, te weinig de aandacht heeft gekregen. Daarmee reproduceert het fenomeen van georganiseerde misdaad zichzelf. Ook het beïnvloeden van de maatschappelijke voedingsbodem is dan van belang. Ook op deze problematiek zal de komende jaren extra op worden ingezet.

Tot zover maar weer, blijf gezond, optimistisch en wees vooral aardig voor elkaar. Alleen zo gaan we echt solidair met elkaar om. Tot de volgende ´kennisparel´ die over een paar dagen in jullie mailbox valt.

385-SocialNetworkAnalysisSpecialisationLocalityEmpiricalUKDownloaden