Inleiding en context

Beste mensen het is vandaag woensdag 19 april 2023. De zon laat zich maar sporadisch zien, dus ik begin met een zonnig liedje: https://www.youtube.com/watch?v=cYQTL-ws6p4 Hartverwarmend. Maar nu naar de ´kennisparel´ van vandaag. Afgelopen dinsdag stuurde ik het eerste ´product´ met de eerste resultaten van een consortium van onderzoekers, beleidsmakers en praktijkpartners dat met steun vanuit de Nationale Wetenschapsagenda (NWA) het EPIC-project heeft opgezet: Explaining, Preventing, and Intervening in organized Crime involvement. Het doel van dit project is het effectief verminderen van de betrokkenheid van jongeren bij de georganiseerde criminaliteit: https://nscr.nl/epic/

In 2019 luidt de minister van Justitie en Veiligheid de noodklok over de georganiseerde ondermijnende criminaliteit. Hierbij richt hij zich specifiek op jongeren: ‘kwetsbare jongeren worden de drugscriminaliteit in gezogen, en in sommige wijken ontstaat een parallelle samenleving waarin meedoen aan deze criminaliteit normaal lijkt’. Ook in het daaruit voorvloeiende Breed offensief tegen georganiseerde ondermijnende criminaliteit (BOTOC) komen jongeren uitgebreid aan bod: ‘met name kinderen, jongeren en jongvolwassenen in sociaaleconomisch zwakkere wijken komen gemakkelijk in de georganiseerde criminaliteit terecht.

Onder de verleiding van snel en veel geld trekken deze kwetsbare jongeren de verkeerde kant op. Om te voorkomen dat jongeren in de criminaliteit terecht komen of hier verder in afglijden hebben de ministers voor Rechtsbescherming en van Justitie en Veiligheid besloten om een preventieve aanpak in te zetten, bekend als het programma Preventie met Gezag. De geïnteresseerde lezer verwijs ik naar een aantal eerder verzonden synthesestudies over het onderwerp: ´kennisparels´ nummers 10;79;169 en 342 allemaal gratis te downloaden vanaf: https://prohic.nl/de-parels-van-jaap-de-waard/

Mijn favoriet rond het thema is ´kennisparel´ 357: https://prohic.nl/2022/03/07/357-7-maart-2022-do-or-dont-kennissynthese-ingroeimechanismen-en-rekruteringsprocessen-van-jongeren-in-de-georganiseerde-criminaliteit/ In bijgesloten ´kennisparel´ van vandaag is de zogenaamde tacit knowledge (´kennis in de kop´) over interventies rond het verminderen van de betrokkenheid van jongeren bij de georganiseerde misdaad in kaart gebracht. Het gaat om kennis die aanwezig is in de praktijk, maar nog niet vindbaar is in de wetenschappelijke literatuur.

Bron

Mulder, Eva, Eva Becking, Mirjam Suiker, Sarah Geeraads & Cylia Hendriks (april 2023). Jongeren in georganiseerde misdaad: Inventarisatie van bestaande kennis rond interventies ter preventie van georganiseerde misdaad onder jongeren. Amsterdam: Nederlands Studiecentrum Criminaliteit en Rechtshandhaving,

Summary

To give as complete a picture as possible, the ‘Prevention with Authority’ plans of eight municipalities were analysed, interviews were conducted with municipalities and police officers, and focus groups were held with young people and youth workers. The results can be divided into three categories: the current intervention offer, effective elements, bottlenecks and gaps, and young people’s needs.

The current range of interventions is categorized based on the specific characteristics of the interventions that have been retrieved from the interviews and plans of ‘Prevention with authority’. This provides an overview of the number of interventions aimed at a specific location, the target group of the interventions (persons, groups or the environment) and the impact areas of the interventions (which risk factors and/or protective factors does the intervention aim to address?). Two important findings stand out. First, that the majority of interventions are aimed at individuals. Second, that there are relatively few interventions aimed at education, work and income, family and the online living environment.

The interviews and focus group with youth workers reveal various effective elements, bottlenecks and gaps. Active elements includedifferent coaches (family coaches and street coaches), outreaching working, deploying on protective factors, focus on positivity in the guidance and having positive role models. At the same time, there are bottlenecks that make the approach more difficult or sometimes fail to get off the ground. Examples of this are problems in cooperation, budget and capacity problems and limited flexibility of the system.

There are also gaps for which there are as yet few or no interventions, such as debt problems, aggression among under-12s, online living environment and women in organized crime.

Finally, the focus groups with young people show that they need a stable base and home situation, room for personal leadership and understanding of social workers for culture and origin, preservation of identity and equal treatment. Young people also emphasize the importance of positive role models.

Afsluitend

Om te voorkomen dat jongeren en jongvolwassenen de (georganiseerde en ondermijnende) criminaliteit ingaan of hier verder in afglijden zet het kabinet fors in op (dadergerichte) preventie. Met structurele middelen geeft het kabinet vorm aan een domein overstijgende en gebiedsgerichte aanpak, ‘Preventie met gezag’ genaamd. In het kader van deze aanpak biedt het ministerie van Justitie en Veiligheid aan gemeenten de mogelijkheid om plannen in te dienen om zogenaamde jonge aanwas (minderjarigen en jongvolwassenen tot 27 jaar) te begeleiden.

In bijgesloten ´kennisparel´ stond centraal welke interventies gericht op jongeren in de georganiseerde misdaad er momenteel in de praktijk worden uitgevoerd en/of in gang worden gezet en welke praktijkkennis er is over wat werkt en wat niet werk in het voorkomen van betrokkenheid van jongeren bij de georganiseerde misdaad. Om deze vragen te beantwoorden werd literatuuronderzoek gedaan, werden acht plannen Preventie met gezag geanalyseerd en werden interviews en focusgroepen gehouden met gemeenten, politie, jongerenwerkers en jongeren.

Bij de getoonde resultaten wordt een aantal kanttekeningen geplaatst, betreffende de samenstelling en het aantal respondenten. Desalniettemin bieden de besproken resultaten handvatten voor onderzoek, voor de doorontwikkeling van bestaande interventies of de ontwikkeling van nieuwe interventies. De hiaten kunnen verder onderzocht worden en waar mogelijk opgelost binnen huidige interventies. Hiermee vormt dit verslag van fase 1A een basis voor fase 2 van EPIC, gericht op een meer succesvolle aanpak van jongeren in de georganiseerde misdaad. Ik ben benieuwd naar het vervolgonderzoek.

Tot zover maar weer, blijf gezond, optimistisch en wees vooral aardig voor elkaar. Alleen zo gaan we echt solidair met elkaar om. Tot de volgende ´kennisparel´ die valt in de regel op maandag, dinsdag en donderdag in jullie mailbox.