Inleiding en context

Goede morgen allemaal op deze bijna zomerse donderdag 8 juni 2023. Ik word daar blij van, dus ik begin met een zomers lied: https://www.youtube.com/watch?v=kUg7OO1gZk0 Heerlijk. Maar nu naar de realiteit van vandaag. Gisteren werd aan de minister van Justitie & Veiligheid, Yeşilgöz-Zegerius, het rapport Hoofdlijnen van de bestrijding van maffiacriminaliteit in Italië aangeboden. Dat rapport is vandaag als ´kennisparel´ in jullie mailbox terecht gekomen. De NOS berichtte er nog over: https://nos.nl/artikel/2478066-onderzoek-italiaanse-maffia-aanpak-deels-bruikbaar-voor-nederland Het onderzoek is uitgevoerd in het kader van de zogenaamde Kennisagenda Ondermijning, voor de achtergrond hiervan zie: https://www.wodc.nl/onderzoek-in-uitvoering/kennisagenda-ondermijning

Even voor de context. De georganiseerde misdaad in Nederland kent vele verschijningsvormen en daarmee gepaard gaande criminele hoofdactiviteiten: van synthetische drugsproductie tot mensensmokkel, van diefstal van ladingen tot Internetfraude, van cocaïnehandel tot grootschalige witwaspraktijken. De delicten die in het kader van georganiseerde misdaad gepleegd worden kunnen zeker niet als zogenaamde slachtofferloze delicten worden gedefinieerd. Met georganiseerde, ondermijnende criminaliteit wordt geduid op een breed scala aan criminele fenomenen en de verwevenheid daarvan met maatschappelijke sectoren, legale bedrijvigheid en sociale structuren.

Georganiseerde criminaliteit is mondiaal vertakt, maar altijd lokaal geworteld. De aanduiding ‘ondermijning’ verwijst vooral naar de effecten van de georganiseerde criminaliteit op de samenleving: de risico’s van verwevenheid van onder- en bovenwereld, de sluipende bedreiging van de integriteit van het openbaar bestuur, overheidsambtenaren en bedrijfsleven, bedreigde bestuurders en ambtenaren, afpersingspraktijken, de innesteling van criminele fenomenen in buurten en woonwijken of het ontstaan van ‘vrijplaatsen’. Algemener gezegd gaat het om aantasting van de leefbaarheid, aantasting van het financieel-economisch stelsel, aantasting van het rechtsgevoel en aantasting van de rechtsstaat en zijn instituties. De integriteit van de samenleving is in het geding, waarbij de directe leefomgeving van inwoners wordt bedreigd. Dat geldt vooral wanneer de legale en illegale markten sterk verweven met elkaar zijn. De grenzen tussen legaal gebruik en misbruik van diensten en voorzieningen kunnen hier flinterdun zijn. Uiteindelijk draait de maatschappij (inwoners, overheid en bedrijfsleven) op voor de directe en indirecte financiële en emotionele schade.

In vergelijking met andere landen wordt Nederland gekenmerkt door een ruime gelegenheidsstructuur waarin de georganiseerde misdaad vele kansen wordt geboden. De meest belangrijke kenmerken die deze structuur bepalen zijn: bevolkingsdichtheid, urbanisatiegraad, (internationaal) goederen- en dienstenverkeer, bezit van luxe consumptiegoederen, levensstijl, technologische ontwikkelingen, en informatietechnologie. Nederland wordt daardoor geconfronteerd met een groot aantal criminaliteit bevorderende situaties. Een dergelijke situatie vraagt om omvangrijke investeringen in situationele criminaliteitspreventieve maatregelen. Een verdere afstemming van preventief beleid op de gelegenheidsstructuur die georganiseerde misdaad in de hand werkt is daarom noodzakelijk. Daarbij gaat het vooral om het onderkennen van de gevolgen van verstedelijking, animositeit, en criminogene aspecten van nieuwe technologie, goederenstromen, producten en diensten.

Kortom: Nederland is ´gevoelig´ voor georganiseerde misdaad. Het is daarom belangrijk om te weten welke maatregelen andere landen hebben genomen om de georganiseerde misdaad aan te pakken. Italië is zo´n voorbeeld. Er is daarom systematisch gekeken wat de Nederlandse aanpak van georganiseerde misdaad kan leren van die toegepaste aanpak in Italië. Het huidige kabinet heeft als ambitie gesteld om bij de verdere versterking van de aanpak van georganiseerde ondermijnende misdaad te leren van de succesvolle elementen van omliggende landen. Een land dat meer dan 50 jaar ervaring heeft met het terugdringen van de macht van georganiseerde, ondermijnende misdaad, is Italië. Daarom is besloten om specifiek naar de Italiaanse anti-maffia aanpak te kijken, om daar eventuele lessen uit te trekken voor de Nederlandse aanpak. Afgelopen jaar is hier vol op ingezet. Naast gesprekken die met Italiaanse en Nederlandse experts zijn gevoerd, zijn literatuur- en praktijkonderzoeken uitgevoerd en vanuit het ministerie van Justitie & Veiligheid verschillende werkbezoeken gebracht en ervaringen uitgewisseld.  

Bron

Peters, L.J.J. (juni 2023). Hoofdlijnen van de bestrijding van maffiacriminaliteit in Italië: Een verkennende studie voor het debat over de bestrijding van criminele samenwerkingsverbanden in Nederland. Groningen: Rijksuniversiteit Groningen, 276 pp. https://repository.wodc.nl/bitstream/handle/20.500.12832/3270/3370-hoofdlijnen-bestrijding-maffiacriminaliteit-italie-volledige%20tekst.pdf?sequence=4&isAllowed=y

Summary

Organised crime has assumed new proportions in recent years and has increasingly become part of everyday life. The Dutch rule of law is undermined by professional criminals who do not shy away from using intimidation and extreme violence. The approach to organised crime must be flexible and adapt to its manifestations in the Netherlands. Especially for the most serious forms of organised crime, it is essential that the approach moves with current events and that policies are pursued that can intervene effectively and enforce decisively. To arrive at the proper considerations and policy choices, a request was made to commission research into the Italian approach’s effective components and identify their potential added value for the Netherlands.

It concerns a legal exploratory study of Italian criminal and criminal procedure laws and regulations. It thus provides an overview of the successful elements of the Italian anti-mafia approach, including the legislation thereon. The central question is to what extent these elements can add value to the Dutch approach. Answering these and other questions from the study led to conclusions and findings that are valuable for further policy-making in the Netherlands. The study’s results contribute to the accumulation of knowledge on the Italian approach and provide a solid foundation for evidence-based considerations in the pursued and future policies.

One of the striking elements of the Italian approach concerns the national coordination of criminal investigations into mafia organisations. In Italy, the National Anti-Mafia Prosecutor’s Office coordinates these investigations carried out by the different districts, including the data sharing with those districts. Most of the interviewed Dutch experts in the field of organized crime think that this national coordination based on the Italian example could also be a good idea for the Netherlands. They find the Dutch approach to organized crime very fragmented. And that is of course a fact, the fragmented ‘over-organization’, the ‘mantra of cooperation’ and the criminogenic (unwanted) government policy in tackling organized crime in the Netherlands, the organized crime many opportunities, see these examples: https://www.researchgate.net/publication/370996344_Offering_opportunities_to_organized_criminality_Unintended_crime inogene_effects_of_government_policy

The most striking results from the study are:

Afsluitend

Ik vind deze bijgesloten ´kennisparel´ een mooi voorbeeld hoe bestaande kennis gebruikt kan worden bij, in dit geval, de aanpak van georganiseerde misdaad in Nederland. Op evidentie gevoerd beleid voeren wordt maar al te vaak met de mond beleden maar het blijkt dat er in de (beleid)praktijk maar bar weinig van terecht komt: https://prohic.nl/2022/05/16/395-16-mei-2022-naar-meer-evidence-based-beleid-binnen-jenv/ Naar mijn mening is het belangrijk om te ´leren van de buren´.

In de eerste plaats is internationale vergelijking een van de weinige manieren om tot een enigszins geobjectiveerde en inzichtelijke beoordeling te komen van de eigen prestaties en op systematische wijze bewezen mogelijkheden tot verbetering te achterhalen. Dit ondanks de haken en ogen die aan internationale vergelijkingen zijn verbonden. De methode sluit ook aan bij benchmarking als bedrijfskundige methode. In de tweede plaats beïnvloedt de juridische infrastructuur de lange termijn economische concurrentiepositie van een land. Inzicht in de relatieve positie van Nederland ten opzichte van belangrijke concurrenten is daarom van belang, ook waar het de aanpak van georganiseerde misdaad betreft. In de derde plaats wint door internationalisering het kennen van de eigen positie aan belang. Harmonisatie en convergentie binnen de EU, maar ook in mondiale kaders doen steeds vaker vragen rijzen hoe de situatie in Nederland zich op specifieke punten verhoudt tot die in andere landen. Hierop toegespitst is de doelstelling van de internationale vergelijking het verkennen van:

•        De prestaties van de publieke sector ter bestrijding van criminaliteit;

•        Terreinen waarop verbetering nodig is;

•        Bedreigingen;

•        Kansrijke mogelijkheden voor verbetering.

De vraag kan natuurlijk worden gesteld in welke mate de situatie in Nederland vergeleken kan worden met die in Italië. Qua ernst en omvang beslist niet (we zijn geen Narcostaat), maar wat betreft de door de maffia gehanteerde methodieken zijn er wel degelijk overeenkomsten. Verder is de wereld natuurlijk een groot dorp geworden: globalisering is een voortdurend proces van wereldwijde economische, politieke en culturele integratie. De klassieke maffia stopt niet bij de grenzen van de landen waar deze organisaties oorspronkelijk zijn ontstaan. Om eventuele infiltratie in het Nederlandse systeem te kunnen signaleren is Europese en internationale samenwerking van essentieel belang.

We zien dat decennia lang dezelfde “klassieke” vorm van georganiseerde criminaliteit de grootste dreiging blijft vormen voor de Nederlandse samenleving: de drugsindustrie. Illegale markten rond drugs zijn sinds jaar en dag dé dominante factor in ons land: de productie van synthetische drugs en hennep, de in-en doorvoer van cocaïne en heroïne, en drugs gerelateerde illegale financiële transacties inclusief witwassen. Naar mijn mening laat bijgesloten ´kennisparel´ zien wat de mogelijk- en onmogelijkheden zijn om elementen van de Italiaanse aanpak van georganiseerde misdaad in Nederland (verder) vorm te geven. Kortom: een mooi voorbeeld van het op evidentie baseren van justitieel beleid. Daar wil ik graag in de toekomst meer ´kennisparels´ over versturen.