Inleiding en context
Beste mensen, het is vandaag donderdag 6 oktober 2022, we beginnen met een liedje: https://www.youtube.com/watch?v=gp5JCrSXkJY Mooi hoor, na 55 jaar nog steeds relevant. Maar goed nu naar de ´kennisparel´ van vandaag. Dat betreft een systematisch onderzoek naar de aard en de begrenzing van huiselijk geweld door middel van een vergelijking van fysiek geweld en online geweld in vorm, structuur en effecten. Het gaat dan om ´huiselijk geweld´ en zogenaamde ´wraakporno´. Er wordt gekeken naar overeenkomsten en verschillen in wat voorafgaat aan de gebeurtenis, intenties en motivaties van daders, de vormen en soorten geweld, het medium en op wie ze gericht zijn. De auteurs stellen dat het problematisch is om het begrip ‘geweld’ te beperken tot fysieke handelingen die schade veroorzaken en online geweld. Dit omdat deze laatste vorm niet-lichamelijk, psychologisch, emotioneel en andere vormen van niet-(direct) fysiek geweld tot gevolg heeft, maar misschien zelfs meer impact kan hebben op de slachtoffers daarvan. Voor de geïnteresseerde lezers in het onderwerp, eerder verstuurde ik ´kennisparels´ 36;138;213; en 443 over het onderwerp, allemaal (gratis) te downloaden vanaf: https://prohic.nl/de-parels-van-jaap-de-waard/
Bron
Hearn, Jeff & Matthew Hall (November/December). From physical violence to online violation: Forms, structures and effects, comparison of the cases of ‘domestic violence’ and ‘revenge pornography’. Aggression and Violent Behavior, vol. 67, November/December, pp. 1-8.
Samenvatting
In this paper, we examine the nature and limits of violence by way of a comparison of the physical violence and online violation, in terms of their form, structure and effects. We explore similarities and dissimilarities in what precedes the event, perpetrator intentions and motivations, the forms and types of violence, the medium through which they are delivered, who they are directed towards, the technologies and processes deployed, and their impacts. We argue that it is problematic to restrict the concept of ‘violence’ to intended physical acts that cause harm, because non-physical, psychological, emotional and other forms of non-(directly)physical violence may be equally or even more impactful. Our discussion draws, illustratively, on research, including our own, on both ‘domestic violence’ and ‘revenge pornography’, with the latter an example of the growing numbers of relatively new forms of representational and psychological forms of violence. These are important political, policy and practical concerns, not only with the spread of violence, abuse and violation with and through digital technologies, but also as examples of differing ways in which these can be, and are, constructed, within academic, policy and popular media debates.
Afsluitend
Voor het in kaart brengen van de omvang, ernst en trends in huiselijk geweld is het van belang om de vormen van dat geweld in zowel de offline en online wereld te beschrijven en te verklaren. Op die manier wordt aandacht gevestigd op de vaak complexe verschillen maar ook overeenkomsten van deze modi operandi van huiselijk geweld. Bijgesloten ´kennisparel´ geeft een mooi voorbeeld van de verschillen, overeenkomsten en open vragen die bestaan tussen die modi operandi. Het is zeer waarschijnlijk dat huiselijk geweld en partnergeweld in de toekomst vaker vormen van online geweld zal omvatten en dat online geweld in de toekomst ook meer (juridisch en praktisch) zal worden opgevat als huiselijk geweld en partnergeweld. De analyse van deze verbanden en overlappingen is dus belangrijk bij empirische metingen, beleidsontwikkeling en theoretisch begrip van vormen van huiselijk geweld. Werk voor nieuwsgierige en ondernemende onderzoekers lijkt mij.