Inleiding en context
Goede morgen allemaal op deze maandag 6 maart 2023. Een verse week staat weer voor de deur, ik begin met een zonnig liedje: https://www.youtube.com/watch?v=tT9Eh8wNMkw Betere jazz krijg je niet. Maar nu naar de ´kennisparel´ van vandaag. Dat is een mooie, het betreft een Europees vergelijkende studie naar de aanpak van georganiseerde misdaad.
In deze vergelijkende studie wordt gekeken naar drie ‘instrumenten’ die lidstaten kunnen inzetten in de strijd tegen zware en georganiseerde misdaad. Ten eerste beoordeelt deze studie of Kaderbesluit 2008/841/JBZ van de Raad – de wetgeving die ervoor moet zorgen dat alle lidstaten deelname aan een criminele organisatie strafbaar stellen. Er wordt geïnventariseerd of die doelstellingen zijn bereikt en of er sprake is van een effectieve samenwerking om grensoverschrijdende zware georganiseerde misdaad binnen de EU aan te pakken.
Ten tweede wordt een oordeel gegeven in hoeverre het huidige wetgevingskader inzake het gebruik, de bescherming en de behandeling van kroongetuigen/hoofdgetuigen en medewerkers van justitie wordt uitgevoerd in de 27 Lidstaten van de Europese Unie. Dit met als hoofddoel om grensoverschrijdende zware georganiseerde misdaad aan te pakken. Een heikel onderwerp zoals blijkt uit het vernietigende rapport over de kroongetuigenregeling in Nederland van 1 maart jl.: https://www.rijksoverheid.nl/ministeries/ministerie-van-justitie-en-veiligheid/nieuws/2023/03/01/reactie-yesilgoz-zegerius-op-het-ovv-rapport-bewaken-en-beveiligen-lessen-uit-drie-beveiligingssituaties
Ten derde wordt geïnventariseerd in hoeverre de lidstaten operationele en strategische benaderingen hebben om zogenaamde ´enablers´/ facilitatoren aan te pakken die de noodzakelijke logistiek van georganiseerde misdaad ondersteunen. Hierbij moet dan gedacht worden aan personen die zich bezighouden met witwassen van geld, documentfraude, onlinehandel in illegale goederen/diensten, undergroud banking en corruptie. Dit zijn voor het proces van de georganiseerde misdaad onmisbare schakels on de illegale bedrijfsvoering vorm te geven. Er is gebruik gemaakt van zogenaamde ´multi-onderzoekmethoden´ zoals het afnemen van interviews, een EU-brede enquête, workshops en een gedegen literatuuronderzoek. Op basis hiervan worden aanbevelingen gedaan voor mogelijke beleidsoplossingen om de belangrijkste geïdentificeerde uitdagingen aan te pakken.
Bron
Blondes, Emma Louise, Emma Disley, Shann Hulme, Fook Nederveen, Jirka Taylor, Ilia Gaglio & Antonino Sorrenti (December 2022). Study strengthening the fight against organised crime: Final report. Brussels: European Commission, Directorate-General for Migration and Home Affairs, Unit Organised Crime & Drugs, 169 pp. https://op.europa.eu/en/publication-detail/-/publication/d017f707-9e35-11ed-b508-01aa75ed71a1/language-en/format-PDF/source-search
Samenvatting
The 2021–2025 EU Strategy to Tackle Organised Crime confirmed that tackling serious and organised crime remains a priority for the EU. The strategy emphasised the need to ‘stay ahead’ of criminal organisations and ‘intensify’ collective action in a number of respects, including: · Reinforcing and fully implementing existing European Union (EU) instruments aiming to support cross-border cooperation; · Disrupting criminal structures and tackling the corruption, financing and technologies that organised crime relies upon.
This study looks at three topics that could be considered ‘tools’ that Member States can deploy in the fight against organised crime, in line with the aims of the Strategy to Tackle Organised Crime 2021–2025. The first topic of this study is the Council Framework Decision 2008/841/JHA. This piece of legislation aimed to ensure that all Member States criminalise participation in a criminal organisation. The 2021–2025 EU Strategy to Tackle Organised Crime includes a commitment to assess whether this legislation is still ‘fit for purpose’. The second topic of this study is witness protection and measures to protect individuals who collaborate with the justice process. There is currently no primary EU legislation that harmonises witness protection practices across Member States – although the potential to create a common approach has been the subject of a previous feasibility assessment and the European Parliament recently called upon the Commission to establish a dedicated European programme to protect witnesses and persons who cooperate with the judicial process. The third topic covered in this study relates to crimes that are ‘enablers’ of serious organised crime– money laundering, document fraud, online trade in illicit goods and services, and corruption. These offences facilitate organised crime.
The questions addressed in relation to each of these three topics, and the objectives of this study, are as follows:
1. To assess the extent to which the Council Framework Decision 2008/841/JHA has achieved its objectives and supports effective cooperation to tackle cross-border serious organised crime;
2. To assess the extent to which the current legislative framework regarding the use, protection and handling of crown/principal witnesses and collaborators of justice across the EU supports effective cooperation to tackle cross-border serious organised crime;
3. To explore whether Member States have operational and strategic approaches to identify the links between enablers and the broader picture of serious organised crime.
In addition, a final objective of the study relates to identifying solutions to any issues identified: 4. To describe the key issues and needs stemming from the previous analysis and what could be possible actions and solutions to overcome them. The three topics focused on in this study – the Framework Decision, the protection of witnesses, and approaches to tackling the enablers of serious organised crime– can be considered separate spheres for enquiry, albeit that they could all form part of a ‘toolkit’ needed to achieve the high-level objective of the recent EU Strategy to Tackle Organised Crime to better protect citizens and the economy from organised crime groups. To a large extent, this study has treated these three topics separately – and for this reason, this report can be read as three parallel studies, compiled in one document.
Afsluitend
Een zeer nuttige ´kennisparel´ voor iedereen in Nederland die zich met het fenomeen van georganiseerde misdaad bezig houdt. En dat zijn nogal wat partijen, er is sprake van een groeimarkt bij uitstek. Het is daarom noodzakelijk om bij die aanpak te leren van bestaande kennis. Bijgesloten ´kennisparel´ biedt voor wat betreft die aanpak mooie inzichten en bruikbare kennis. Graag verwijs ik de geïnteresseerde ´kennisparelontvangers´ ook naar deze compilatie van beschikbare kennis op het terrein van georganiseerde misdaad: https://www.researchgate.net/publication/360773928_Georganiseerde_Misdaad_Kennisparels_2020-2022_Een_overzicht_van_op_evidentie_gebaseerde_inzichten_rond_georganiseerde_misdaad
In feite beargumenteren de auteurs van bijgesloten ´kennisparel´ om veel breder te kijken naar het fenomeen van georganiseerde misdaad dan tot nu toe het geval is geweest. Hierbij is het vooral zaak om de facilitators binnen het logistieke proces van de georganiseerde misdaad de nodige aandacht te geven, naar mijn mening een prima advies.