Inleiding en context
Beste mensen het is vandaag dinsdag 21 maart 2023. Naar aanleiding van de verkiezing van vorige week geef ik jullie graag dit stemadvies voor de toekomst: https://www.youtube.com/watch?v=y9pCLbSYlOM Tijdloos zou ik zeggen. Maar nu naar de realiteit, vandaag als ´kennisparel´ een vergelijkende studie binnen de Lidstaten van de Europese Unie naar de normen die gelden voor personen die in detentie zitten, de zogenaamde detentienormen. Die normen voldoen in verschillende Lidstaten niet aan de internationale wetten en normen bijvoorbeeld op het gebied van mensenrechten. Deze situatie ligt aan de basis van het gebrek aan vertrouwen tussen de Lidstaten en vormt een ernstige belemmering van de wederzijdse erkenning in de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht. Het Europees Parlement is daarom van mening dat procedurele waarborgen moeten worden aangevuld met detentienormen.
Bijgesloten ´kennisparel´ heeft tot doel het Europees Parlement te voorzien van achtergrondinformatie en beleidsaanbevelingen met betrekking tot gevangenisstraffen en detentieomstandigheden in de Europese Unie. Het geeft een beeld van de huidige situatie in de EU, op basis van een reeks relevante bronnen en een reeks aan initiatieven die op EU-niveau zijn genomen om daadwerkelijke naleving van bestaande Europese normen te ondersteunen. Het resultaat van dit onderzoek moet beleidsinput en opties opleveren voor de toekomstige richting van het werk van de EU op dit gebied. Omdat het niet mogelijk was om een alomvattend overzicht van alle detentiekwesties uit te voeren, richtte de studie zich vervolgens grondig op twee belangrijke kwesties die op EU-niveau aan belang hebben gewonnen, namelijk overbevolking in gevangenissen en de omgang met radicalisering binnen het Europese gevangeniswezen.
Bron
Burchchett, Julia, Anne Weyembergh & Marta Ramat (March 2023). Prisons and detention conditions in the EU. Brussels: European Parliament, Directorate-General for Internal Policies, Policy Department for Citizens’ Rights and Constitutional Affairs, 122 pp. https://www.europarl.europa.eu/thinktank/en/document/IPOL_STU(2023)741374
Samenvatting
In some EU Member States, detention standards reportedly fall short of international laws and standards, including those concerning human rights. This situation is at the root of the lack of trust between Member States, and seriously hampers mutual recognition in the area of freedom, security and justice. The European Parliament is therefore of the view that procedural safeguards should be complemented by standards for detention.
Prisons and life inside prisons are often kept out of the public’s sight. Nonetheless, the persistent shortcomings affecting European prisons have gained the ever increasing attention of the European Court of Human Rights and, subsequently, of the Court of Justice of the European Union. In particular, the persistent degrading prison conditions in many EU Member States have recently shown their relevance for the EU legal order. Indeed, not only are they in breach of the rights guaranteed by the EU Charter of Fundamental Rights, but they also proved a serious obstacle to the smooth functioning of mutual recognition, the cornerstone of judicial cooperation in criminal matters. After numerous calls to action by the European Parliament, on 8 December 2022 the European Commission launched the first instrument laying down common minimum (although non-binding) standards in the field of material detention conditions. The pressing fundamental rights concerns stemming from degrading prison conditions, their detrimental effects on mutual recognition and the recent adoption of an EU Recommendation make the issue of prison conditions particularly topical and worth examining from an EU-law perspective.
This study aims to provide the European Parliament with background information and policy recommendations concerning prisons and detention conditions in the European Union, on the basis of European and national regulations, legislation, policies and practices. It should provide a picture of the situation in the EU, based on a range of relevant sources, and assess the initiatives taken at EU level to support effective compliance with existing European standards. The result of this research should bring forth policy inputs and options for the future direction of the EU’s work in this field. As it was not possible to carry out a comprehensive review of all detention issues, the study then focused in depth on two key issues that have gained importance at EU level, namely prison overcrowding and prison radicalisation.
Among the key findings of the study, it is worth noting the lack of effective implementation of international and European standards governing crucial aspects of detention conditions (e.g. cell-space, access to health care, sanitary conditions, prison monitoring, etc.). This was highlighted in several parts of the study and is widely corroborated by empirical research, by the reports of European and national prison monitoring bodies, but also by the judgments of the ECtHR. Although matters of detention are the responsibility of Member States (in addition to the fact that many standards on prison conditions exist through the CoE and the ECtHR),there seems to be a broad consensus on the need for EU action to secure a higher degree of compliance with these standards.
In this respect, the study identified the recent European Commission’s Recommendation ‘on procedural rights of suspects and accused persons subject to pre-trial detention and on material detention conditions’ as a step forward, as it is the first EU instrument (although non-binding) laying down common minimum standards in the two areas concerned. However, its concrete impact remains difficult to gauge and only time will tell if this Recommendation leads to a more effective and convergent application of European standards.
Afsluitend
Nederland kent een lange traditie vanalternatieven of vrijheid beperkende maatregelen voor de gevangenisstraf. Dat is hier de sleutel geweest tot het verminderen van een te grote afhankelijkheid van gevangenissen. Op basis van ons huidige kennisniveau blijkt dat begin jaren ´80 van de vorige eeuw een belangrijke keuze te zijn geweest. Er is namelijk aangetoond dat alternatieven voor gevangenisstraf meer effectief zijn, uitgedrukt in het reduceren van recidive, dan gevangenisstraffen.
Op basis van zowel nationale als internationale inzichten rond de bestaande kennis blijkt dat gevangenisstraffen meer kwaad dan goed doen. Het is het eindstation van de strafrechtketen waar weinig van mag worden verwacht. De situatie binnen Europa zoals beschreven in bijgesloten ´kennisparel´ vraagt in feite om meer toepassing van alternatieven voor de vrijheidsstraf. Een prima vergelijkend overzicht rond die alternatieven binnen de lidstaten van Europa is onlangs gemaakt: https://www.penalreform.org/resource/non-custodial-sanctions-and-measures-eu-comparative-study/
Ten slotte, Nederland zit met 63 gedetineerden per 100.000 van de bevolking beduidend onder het Europese gemiddelde van 104 per 100.000. Onderstaande grafiek toont dat mooi aan. Naar mijn mening is dat een prima gevolg van de gehanteerde criminele politiek in Nederland over de afgelopen decennia.