Inleiding en context
Goede morgen beste ontvangers en hopelijk lezers van de ´kennisparels´. Het is vandaag woensdag 3 mei 2023, een mooie zonnige dag ligt in het verschiet. Daarom begin ik met een zonnig liedje: https://www.youtube.com/watch?v=N_MqfF0WBsU Prachtige song uit 1966, ik was toen zeven jaar oud. Maar goed, nu naar de bijgesloten ´kennisparel´ van vandaag. Dat is er één met relevantie voor de Nederlandse politiewereld. Het betreft een literatuuronderzoek naar de mate van effectiviteit van een aantal toegepaste (nationale en internationale) politiële opsporingsonderzoeken. Het betreft de volgende categorieën van opsporingsmethoden:
1. Forensische opsporingsmethoden 2. Digitale opsporingsmethoden 3. Bijzondere opsporingsbevoegdheden 4. Burgeropsporingsmethoden 5. Internationale opsporing 6. Financiële opsporingsmethoden.
De probleemstelling van het onderzoek luidt als volgt:
Wat leert de wetenschappelijke literatuur over de effectiviteit van verschillende opsporingsactiviteiten, op welke manieren wordt effectiviteit gemeten, en welke lessen kunnen hieruit getrokken worden voor de Nederlandse politiepraktijk en beleid?
Op grond van de probleemstelling zijn de volgende onderzoeksvragen geformuleerd:
- Wat leert de literatuur over de effectiviteit van verschillende politieactiviteiten op het gebied van opsporing, en hoe wordt dit onderbouwd?
- Welke lessen kunnen uit deze resultaten worden getrokken voor de Nederlandse politiepraktijk en het beleid?
- Welke aanknopingspunten biedt het beantwoorden van bovenstaande vragen voor (empirisch) vervolgonderzoek in de Nederlandse politiepraktijk?
Bron
Dijk, Bram van, Maud Pluijm, Manja Abraham & Nynke Piepers (mei 2023). Effectiviteit van politiële opsporingsmethoden: Een literatuurreview. Amsterdam: DSP Groep, 92 pp. https://repository.wodc.nl/handle/20.500.12832/3262
Samenvatting
In de binnen- en buitenlandse literatuur is een behoorlijk aantal onderzoeken te vinden over de effectiviteit van opsporingsactiviteiten. In opdracht van het WODC inventariseerde DSP-groep wetenschappelijke literatuur over de effectiviteit van verschillende methoden en strategieën die de politie kan gebruiken om criminaliteit te voorkomen en op te sporen. Daaruit komt naar voren dat er meer bekend is over opsporingsmethoden die al langere tijd worden toegepast en minder over de effectiviteit van recentere methoden. Maar het onderzoek biedt voor beide categorieën aanknopingspunten voor verder onderzoek. Daarmee kunnen kennislacunes voor wat betreft de effectiviteit van opsporingsmethoden worden gevuld. Of kan worden nagegaan of inzichten uit de buitenlandse praktijk ook in Nederland kunnen worden toegepast.
De onderzoekers stellen vast dat voor een aantal soorten opsporingsmethoden veel kennis beschikbaar is over de effectiviteit van deze methoden. Dat geldt met name voor klassieke opsporingsmethoden – in het bijzonder verhoor en burgeropsporing – en voor forensische methoden, zoals studies naar forensisch bewijs in algemene zin en naar DNA. Daarnaast is er ook veel effectonderzoek beschikbaar naar cameratoezicht en de toepassing van bijzondere opsporingsbevoegdheden. Vrijwel alle onderzoeken laten zien dat de gebruikte opsporingsmethoden een bijdrage aan het opsporingsproces leveren.
Dat wil niet zeggen dat voor deze methoden geen nader onderzoek wenselijk is. Zo zijn inzichten over de effectiviteit van verhoortechnieken en van het gebruik van camerabeelden voor opsporingsdoeleinden alleen afkomstig uit Angelsaksisch onderzoek. Het is zinvol om na te gaan of deze inzichten ook in de Nederlandse politiepraktijk worden toegepast. Ook is er geen recent inzicht in de effectiviteit van burgeropsporing via sociale media in Nederland. Dat geldt ook voor het gebruik van informatie van burgers die via andere kanalen bij de politie terecht komt, zoals telefonische meldingen en horen van getuigen. Aangezien veel misdrijven worden opgelost met behulp van informatie van burgers, is het raadzaam om hier (opnieuw) onderzoek naar te verrichten. Verder kan het zinvol zijn om onderzoek te doen naar de mogelijkheden om het opsporingsproces efficiënter te laten verlopen en/of effectiever te laten zijn.
Uit het onderzoek blijkt daarnaast dat er minder onderzoeksliteratuur is gevonden voor andere – meer recente – opsporingsmethoden, zoals digitale en financiële opsporingsmethoden en internationale opsporing. Zo is de effectiviteit van digitale opsporingsmethoden een nog vrijwel braakliggend onderzoeksgebied. Dit terwijl deze methoden inmiddels gemeengoed zijn geworden. Ook is er weinig (actueel) onderzoek gevonden over financiële opsporingsmethoden. Volgens experts is hierbij veel vernieuwing mogelijk, onder andere op het gebied van cryptovaluta. Het verdient dan ook aanbeveling onderzoek hierop te richten.
Afsluitend
Mooi dat dit literatuuronderzoek is verschenen. Een literatuurreview van deze omvang is geen sinecure gebleken. Ruim 5600 publicaties werden in eerste instantie bekeken of ze aan de inclusiecriteria voldoen en dat was slechts het begin van het onderzoeksproces. Het is voor de onderzoekers een arbeidsintensieve klus geworden. Die verloopt met een vooraf opgesteld protocol volgens een duidelijke route. Het echte werk begint als uiteindelijk 64 studies geïncludeerd zijn, die worden gekenmerkt door een grote variëteit in opsporingsmethoden en in de wijze waarop het begrip effectiviteit geoperationaliseerd wordt. De uitdaging is hoe uit deze brei van meer en minder relevante onderzoeksresultaten op een heldere en gestructureerde wijze tot beantwoording van de gestelde onderzoeksvragen kan worden gekomen. Dat is een gecompliceerde zoektocht geweest. Ik heb het van dichtbij ervaren. Gezegd moet worden dat de auteurs daar in geslaagd zijn.
Het voegt weer nieuwe kennis toe aan het beschikbare arsenaal aan reeds bestaande inzichten over wat wel en niet werkt op het brede terrein van de politiezorg. De geïnteresseerde lezer verwijs ik graag naar dit overzicht van verzonden ´kennisparels´ op het brede terrein van op evidentie gebaseerde politiële interventies en maatregelen: https://www.researchgate.net/publication/359236763_Politiekennisparels_2020-2023_Een_overzicht_van_op_evidentie_gebaseerd_politiewerk Nu maar hopen dat ze ook hun weg vinden in de grillige politiepraktijk.
Tot zover maar weer, blijf gezond, optimistisch en wees vooral aardig voor elkaar. Alleen zo gaan we echt solidair met elkaar om. Tot de volgende ´kennisparel´ die valt in de regel op maandag, dinsdag en donderdag in jullie mailbox.