Inleiding en context

Goede morgen allemaal op deze donderdag 16 februari 2023. Dit is voorlopig de laatste ´kennisparel´ die jullie van mij ontvangen. Ik ben volgende week vrij dus de volgende ´kennisparel´ valt op maandag 27 februari in jullie mailbox. Pesten en ongewenste gedragingen op de werkvloer zijn ook in Nederland onderwerp binnen beleid en praktijk. onlangs verstuurde ik kennisparel 422 waarin een algemeen beeld van pesten in Nederland werd gegeven. Daaruit blijkt dat in 2021 bijna 2 procent van de inwoners in Nederland van 15 jaar en ouder in de afgelopen twaalf maanden weleens zijn gepest. Dit zijn bijna 240 duizend mensen. Ongeveer 6 op de 10 hebben emotionele of psychische problemen ondervonden als gevolg van het pesten. Mannen en vrouwen werden vrijwel even vaak gepest. Jongeren zijn vaker slachtoffer dan ouderen, en homo’s, lesbiennes en biseksuelen vaker dan heteroseksuelen. Bijna een kwart van de 15-plussers – dat zijn bijna 3,5 miljoen mensen – gaf aan ooit (dus ook langer dan een jaar geleden) gepest te zijn. Er wordt trouwens veel gepubliceerd over pesten, eerder verstuurde ik ‘’kennisparels’’ nummer 27, 195, 201, 294 en 362 over het onderwerp

Maar nu naar de ´kennisparel´ van vandaag. Die betreft een systematisch onderzoek naar pesten op het werk vanuit het perspectief van daders zelf. Daarover is veel minder bekend in vergelijking met de literatuur over doelwitten en slachtoffers. Tot nu toe is er geen systematische review van de onderzoeken vanuit het perspectief van de daders gepubliceerd. De huidige ´kennisparel´ geeft inzicht in de bestaande empirische studies waarin de antecedenten van de pesters zelf aan de orde komen. Wat zijn hun achtergronden? Waarom pesten ze? Wat is de relatie met het slachtoffer? En welke dadergerichte preventiemaatregelen kunnen organisaties nemen om het pesten te voorkomen? Die antwoorden staan deels in bijgesloten ´kennisparel´

Bron

Özer, Gülüm & Jordi Escartín (March 2023). The making and breaking of workplace bullying perpetration: A systematic review on the antecedents, moderators, mediators, outcomes of perpetration and suggestions for organizations. Aggression and Violent Behavior, vol. 69, March-April, pp. 1-16. https://www.sciencedirect.com/science/article/pii/S1359178923000101?via%3Dihub

Samenvatting

Research examining workplace bullying (WB) perpetration from the perspective of perpetrators has remained limited compared to the literature on targets and victims. Until now, no systematic review of the studies from the perpetrators’ viewpoints has been published. The present review aimed to synthesize the empirical studies that examine antecedents, mediators, moderators, and outcomes of WB perpetration. It also analyzed the practical suggestions given to curb perpetration and the research methods used.

A literature search in Scopus, ProQuest, Science Direct, PubMed, and Web of Science databases for empirical studies published between 2003 and 2023 in peer-reviewed journals in English resulted in 50 full-text articles. Antecedent–perpetration relationships were primarily examined based on social and aggression theories. These relationships were analyzed in the silos of work environment or individual factors without diverse moderators and mediators.

Research on WB perpetrators largely lacked causality analysis. Perpetration was associated with task-focused, conflict-prone, poorly organized, and stressful work environments. WB perpetrators had undesirable personality characteristics, and they were also being bullied. The outcomes of their behavior were rarely studied. The suggestions the researchers gave to curb WB perpetration seemed unlikely to be implemented by the same management team that created the toxic environment in the first place. Research on WB perpetrators, which is still in its infancy stage, lacks variety in terms of topics studied, the combination of work environment and individual factors, causality analysis and evidence-based interventions.

Afsluitend

De resultaten uit bijgesloten ´kennisparel´ tonen aan dat stressvolle werkomstandigheden met slecht of matig werkgeverschap inclusief taak- en relatieconflicten uitmonden in disharmonische teams. Deze omstandigheden hebben uiteraard negatieve gevolgen voor werknemers. Het put werknemers uit en brengt de gezondheidstoestand in gevaar waardoor ze gefrustreerd raken en vaak hun woede op anderen werknemers bot vieren: de gepeste wordt dan de pester. In de geweldssfeer wordt dit ook wel de cycle of violence genoemd.

Wanneer organisaties geen beleid voeren tegen pesten op de werkvloer en wanneer het management wordt gezien als afwezig en onverschillig voor het welzijn van de werknemers dan ontstaan er zogenaamde  giftige teams. Het plegen van geweld en pesten vorm daar dan een onderdeel van. Wanneer het pesten wordt genegeerd, toegestaan of niet veroordeeld door het management ontstaat de volgende situatie. Het pesten wordt dan voor velen aangeleerd gedrag en wordt regelmatig herhaald door werknemers die het heft in eigen handen nemen. Er is dan sprake van een vicieuze cirkel waarin de rollen van slachtoffer en dader vaak worden omgedraaid. Het is zaak om ook op de Nederlandse werkvloer een dergelijke vicieuze cirkel van pesten te voorkomen. Een dadergerichte aanpak kan dan helpen.