Inleiding en context
Goede morgen beste ´niet-vakantiegangers´, het is vandaag donderdag 27 juli 2023. Vandaag een ´kennisparel´ over de zogenaamde ´logistiek van de georganiseerde misdaad´. In dit geval een ´kennisparel´ over hoe criminelen calculerend en systematisch gebruik maken van huurmotorvoertuigen voor uiteenlopende, ernstige en ondermijnende vormen van criminaliteit. Het betreft een studie waarin is onderzocht hoe andere EU-lidstaten omgaan met deze problematiek en om inzicht te krijgen welke oplossingsrichtingen eventueel interessant zijn voor de Nederlandse aanpak. Maar eerst een toepasselijk liedje: https://www.youtube.com/watch?v=zb5Ja6V4OeY
Die ´logistiek´ van de georganiseerde misdaad is een concept dat het volgende inhoudt. De georganiseerde misdaad maakt vaak gebruik van dezelfde faciliterende infrastructuur zoals legale organisaties die gebruiken. Om te kunnen opereren op een illegale markt is het vaak noodzakelijk om gebruik te maken van aanwezige diensten van de legale markt (distributie, financiële handelingen, huisvesting, vergunningstelsels). Het fenomeen van georganiseerde misdaad kan in feite worden gezien als een bedrijfsproces waarin logistieke aspecten voor die bedrijfsvoering onmisbaar zijn.
De georganiseerde misdaad in Nederland is sterk afhankelijk van handelsactiviteiten voor legale goederen. Het gebruik van vervoerders, transportdocumenten, financiële adviseurs, advocaten, notarissen, en ruimten voor opslag zijn onmisbaar voor de criminele bedrijfsvoering. De logistiek van georganiseerde misdaad is voor de bedrijfsvoering sterk afhankelijk van publieke en semipublieke ruimten. Dat betekent dat de meest belangrijke facilitator van georganiseerde misdaad de publieke sector is, vooral wanneer daarbinnen niet op een adequate manier wordt gezorgd voor adequate handhaving en toezicht binnen die ruimten.
Al decennia lang zijn er signalen dat de autobranche een schakel vormt tussen de onder- en bovenwereld. Een specifiek onderdeel van de autobranche waar de aandacht naar uitgaat, betreft de autoverhuurbranche. In 2019 werd hier al systematisch aandacht aan geschonken: https://bureaubeke.nl/publicaties/criminelen-achter-het-stuur-2/ De ´kennisparel´ van vandaag ligt in het verlengde van die studie. Minister Yeşilgöz-Zegerius, van Justitie en Veiligheid, heeft aangekondigd de aanpak van het criminele gebruik van huurmotorvoertuigen te willen versterken. In opdracht van de minister is het bijgesloten onderzoek uitgevoerd waarin wordt beschreven hoe andere EU-lidstaten omgaan met dit probleem en welke oplossingsrichtingen interessant zouden kunnen zijn voor de Nederlandse aanpak. Op naar de ´kennisparel´ van vandaag.
Bron
Nillessen, Marlolein & Henk Ferwerda (juli 2023). Huurvoertuigen over de grens: Europese lessen met betrekking tot de aanpak van het gebruik van huurmotorvoertuigen voor criminele doeleinden. Arnhem: Bureau Beke, 73 pp. https://bureaubeke.nl/wp-content/uploads/2023/07/Downloadversie_Bekereeks_Huurvoertuigen-over-de-grens.pdf
Samenvatting
In het onderzoek staat de volgende onderzoeksvraag centraal: Hoe gaan andere EU-lidstaten om met het gebruik van huurmotorvoertuigen voor criminele doeleinden en welke buitenlandse oplossingsrichtingen zijn er in het buitenland die ook interessant kunnen zijn voor de Nederlandse aanpak? In deze publicatie presenteren de auteurs voor Nederland mogelijke interessante aanpakken uit het buitenland om het gebruik van huurmotorvoertuigen voor criminele doeleinden terug te dringen. Ter beantwoording van de onderzoeksvraag is een combinatie van deskresearch, interviews en documentanalyse toegepast. Dit heeft erin geresulteerd dat de onderzoekers in contact zijn gekomen met 43 experts uit 20 landen.
De belangrijkste conclusies zijn als volgt:
- Het fenomeen ‘gebruik van huurmotorvoertuigen voor criminele doeleinden’ is een internationaal onderkend probleem. In tegenstelling tot Nederland heeft dit fenomeen in het buitenland met name bekendheid gekregen door de inzet van huurmotorvoertuigen als wapen tijdens terroristische aanslagen (VAW).
- Op basis van de bevindingen kan geconcludeerd worden dat het aantal (Europese) landen dat actief (landelijk) beleid voert tegen het fenomeen zeer beperkt is. Uit het onderzoek komt naar voren dat na Nederland enkel het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk, België, Duitsland en Malta specifieke aanpak hebben of momenteel ontwikkelen tegen het crimineel gebruik van huurmotorvoertuigen. Bij het ontwikkelen van (landelijk) beleid is aan te bevelen dat Nederland kijkt naar de aanpak in deze landen.
- Aanpak op lokaal niveau is met name repressief van aard en richt zich op het opwerpen van barrières voor malafide autoverhuurbedrijven en het delen van good practices met lokale partijen.
- Aanpak op landelijk niveau focust zich op drie vlakken:
- Het versterken van de (bonafide) autoverhuurbranche. De nadruk hierbij ligt op het benadrukken van de gedeelde verantwoordelijkheid van een schone sector en de maatschappelijke en bedrijfsrisico’s van het crimineel gebruik van de voertuigen. Branche ondersteunende initiatieven bestaan uit bewustwordingscampagnes, het delen van informatie over beveiligingsmethodieken en automatische beveiligings- en administratiesystemen.
- Zicht krijgen op de huurder en bestuurders van huurmotorvoertuigen door (vrijwillige of verplichte) registratieplicht.
- Huurmotorvoertuigen uit de anonimiteit halen. In Malta maken ze hiervoor gebruik van unieke kentekenplaat nummering voor huurmotorvoertuigen.
- Aanpak op internationaal niveau richt zich op het delen van kennis en good practices tussen buurlanden en binnen Europese commissies. Duitsland en Nederland hebben ook in de praktijk samengewerkt in de opsporing binnen casussen.
- Diverse bronnen tonen aan dat een registratieplicht een positieve bijdrage kan leveren aan de aanpak van het fenomeen. Voorwaarde hiervoor is dat het werkzaamheden wegneemt van de verhuurders in plaats van zorgt voor een extra administratieve last. Een automatisch registratiesysteem ontwikkelen is wenselijk. Verhuurders leveren gegevens van huurders aan. Politie heeft toegang tot het systeem in geval van betrokkenheid bij strafrechtelijke onderzoeken. In geval van boetes zoals snelheidsovertredingen kunnen deze direct naar het adres van de huurder gestuurd worden, zonder de verhuurder hiermee te belasten.
Op basis van de bevindingen kan geconcludeerd worden dat Nederland voorloopt in de aanpak van het gebruik van huurmotorvoertuigen voor criminele doeleinden. Aanvullend is daarom onderzocht welke lessen getrokken kunnen worden uit de Nederlandse praktijk.
- Diverse bronnen wijzen uit dat specifieke aanpak is vereist voor drie doelgroepen:
- Bonafide autoverhuurbedrijven ondersteunen in het tegengaan van het criminele gebruik van hun voertuigen. Van belang is om de publiek-private samenwerking tussen politie, overheid en autoverhuurbranche
(organisaties) te versterken. Korte lijntjes tussen politie en verhuurders zijn belangrijk. De nadruk dient te liggen op de gedeelde verantwoordelijkheid voor een ‘schone’ sector en het herkennen van katvangers.
- Barrières opwerpen voor en opsporen van malafide autoverhuurbedrijven. Ter verhoging van diens effectiviteit dienen barrières tegen malafide ondernemers (zoals de vergunningplicht) landelijk te worden uitgerold. Bij lokale of regionale initiatieven zien we een waterbedeffect.
- In kaart brengen, monitoren en ontmantelen van meer lagen netwerken van facilitators. Aanpak voor deze groep is momenteel onvoldoende toereikend in Nederland. Voor het ontwikkelen van effectief beleid is het is van belang deze netwerken in kaart te brengen en te monitoren.
- Als gevolg van door Nederland opgeworpen barrières zien we dat criminelen hun modus operandi aanpassen en voertuigen – vaker – huren in het buitenland. Te verwachten is dat het invoeren van een registratieplicht deze trend kan stimuleren. Specifieke aandacht en internationale samenwerking zijn vereist om het criminele gebruik van huurmotorvoertuigen met een buitenlands kenteken te voorkomen.
Afsluitend
De aanwezige en ruime criminele gelegenheidsstructuur voor georganiseerde misdaad in Nederland wordt vooral veroorzaakt door de dynamiek tussen de vraag en het aanbod van (illegale) goederen en diensten. Vooral bij zeer gewilde producten en daarmee een omvangrijk volume zijn deze markten zeer winstgevend. Hierdoor ontstaat vooral een georganiseerde criminele gelegenheidsstructuur. Gezien het massale karakter dat kenmerkend is voor deze markten is het voor de criminele deelnemers binnen deze markten een noodzaak om te beschikken over een goede logistieke infrastructuur. Vooral in Nederland biedt de legale infrastructuur (wegen, water, havens, vliegvelden, open grenzen, treinverkeer, goederenvervoer) een prima gelegenheidsstructuur voor die criminele gelegenheidsstructuur.
Een kenmerk van dergelijke markten is de noodzaak om vooral het vervoer en transport van de illegale goederen goed te kunnen regelen. Mobiliteit en criminaliteit gaan vaak hand in hand. Ook een soepele verdeling en afzet van illegale goederen is een belangrijke voorwaarde om goed te kunnen functioneren. Criminele adaptieve netwerken en nodale punten zijn onmisbaar om de criminele bedrijfsvoering goed vorm te geven. Criminele activiteiten, zoals bijvoorbeeld het produceren van wiet of synthetische drugs kunnen worden onderverdeeld in een logistiek stappenplan. Welke stappen heeft een producent van synthetische drugs nodig om uiteindelijk die drugs op de markt te brengen? Een dergelijke logistieke benadering kan aanwijzingen geven over de manier waarop het bedrijfsproces kan worden verstoord. In Nederland maakt tegenwoordig het ‘barrièremodel’ furore, dat sterk geïnspireerd is op de logistieke analyse van Sieber en Bögel[1] en de beleidstheorie rond situationele criminaliteitspreventie.[2] Ook in het barrièremodel worden de diverse stappen of schakels van het bedrijfsproces onderscheiden, maar tevens wordt aangegeven welke partijen (overheid, burgers, bedrijfsleven) daartegen concrete drempels kunnen opwerpen.
De preventieve aanpak van georganiseerde misdaad wordt in Nederland naar mijn mening niet op een adequate manier vorm gegeven. Dat is vreemd want de kennis over die preventieve aanpak is de laatste jaren beduidend toegenomen. Zie bijvoorbeeld: https://www.researchgate.net/publication/338999955_Preventieve_en_bestuurlijke_aanpak_van_georganiseerde_criminaliteit_in_Nederland_Een_multidimensionale_aanpak en deze ´kennisparel´: https://prohic.nl/2023/01/27/513-27-januari-2023-inzichten-in-de-effectiviteit-van-preventieve-instrumenten-in-de-strijd-tegen-georganiseerde-criminaliteit/ Bijgesloten ´kennisparel´ biedt ook preventieve handvaten om de criminele bedrijfsvoering te ontwrichten en te verstoren, in dit geval het beperken van huurmotorvoertuigen in dat criminele bedrijfsproces. Binnen de autoverhuurbranche bestaat een onwenselijke verwevenheid tussen onder- en bovenwereld, waardoor zij kwetsbaar is voor misbruik door criminelen. De auteurs concluderen dat een landelijke aanpak voor gebruik van huurauto’s voor criminele doeleinden gewenst is.
[1] Sieber, U. & M. Bögel (1993). Logistik der organisierten Kriminalität. Wiesbaden: Bundeskriminalamt. https://www.bka.de/SharedDocs/Downloads/DE/Publikationen/Publikationsreihen/BkaForschungsreihe/2_28_LogistikDerOrganisiertenKriminalitaet.html
[2] Bunt, H.G. van de & C.R.A. van der Schoot (2003). Prevention of organized crime. A situational approach. Den Haag, WODC. https://english.wodc.nl/onderzoeksdatabase/traceren-van-mogelijkheden-voor-preventie-die-zich-bij-lopende-opsporingsonderzoeken-aandienen.aspx