Inleiding en context
Goede morgen allemaal op deze dinsdag 27 februari 2024. Ik begin de dag met een vrolijk liedje: https://www.youtube.com/watch?v=n0J6q42zLH0 Lekker hoor. Maar nu naar de ´kennisparel´ van vandaag. Daarin wordt (door mijn voormalige ´baas´: https://prohic.nl/2020/08/24/24-augustus-2020-jan-j-m-van-dijk-een-kennismens-bij-uitstek/) een overzicht gepresenteerd van nationale en vooral internationale bronnen om de omvang in trends van mensenhandel te bepalen. Dat blijkt vanwege het karakter van het fenomeen een lastige opgave te zijn. Dat geldt trouwens voor meer criminaliteitsvormen die binnen het concept van georganiseerde misdaad vallen.
Van mensenhandel wordt gesproken wanneer mensen worden uitgebuit of onder dwang bepaalde dingen moeten doen waarvoor ze niet kiezen en waar andere mensen van profiteren. Het gaat bijvoorbeeld om: onder minimumloon laten werken via gedwongen arbeid, gedwongen criminaliteit of dwingen tot prostitutie. De uitbuiting kan samengaan met dwang, geweld, chantage en misleiding. In Nederland is mensenhandel één van de beleidsprioriteiten binnen justitie en politie.
Op internationaal niveau wordt in brede kring erkend dat de aanpak van mensenhandel, waaronder seksuele uitbuiting, dient te worden opgezet vanuit het perspectief van het beschermen van mensenrechten. Zo wordt door de VN benadrukt dat de mensenrechten van personen die slachtoffer zijn van mensenhandel centraal moeten staan in alle pogingen om mensenhandel te voorkomen en te bestrijden en bij het beschermen en ondersteunen van slachtoffers. Eenzelfde notie is opgenomen in Artikel 7 van de EU-richtlijn ter bestrijding van mensenhandel (2011/36/EU). Een dergelijk mensenrechtenperspectief impliceert volgens de Group of Experts on Action against Trafficking in Human Beings (GRETA) een geïntegreerde aanpak waarbij alle slachtoffers van mensenhandel worden geïdentificeerd en er maatregelen worden genomen om slachtoffers adequaat te ondersteunen en te beschermen, onafhankelijk van hun verblijfsstatus.
Het is dus van belang om op basis van verschillende bronnen een omvangschatting te maken van mensenhandel om het voorgenomen beleid vorm te geven en uit te voeren. De auteur van bijgesloten ´kennisparel´ doet daartoe concrete voorstellen. Voor de geïnteresseerde lezers, zie deze eerder verzonden ´kennisparels´ naar aspecten van slachtofferschap van mensenhandel: 633;621;597;532;425;325;303;219;181;167;155; en 41, allemaal gratis te downloaden vanaf: https://prohic.nl/de-parels-van-jaap-de-waard/
Bron
Van Dijk, Jan (February 2024). Making Statistics on Human Trafficking Work. Journal of Human Trafficking, 18 February, pp. 1-8. https://www.tandfonline.com/doi/full/10.1080/23322705.2024.2303259
Samenvatting
An overview is given of available international statistics on victims of human trafficking from official records (UNODC and Eurostat), survey research (Walk Free) and Multiple Systems Estimation. It is argued that official figures should be seen as output indicators of law enforcement and other involved institutions rather than as indicators of prevalence. The author welcomes the Global Slavery Index of Walk Free and Multiple Systems Estimations applied to multi-source datasets on trafficking victims as more credible sources of information on true prevalence. These two data sources should be consolidated into a comprehensive analysis to enhance the overall impact of available datasets on policymaking.
The combination of available datasets will not only allow cross-checking or triangulation of estimates. Integrated datasets will also create the potential for in-depth analytical work informing academic understanding and policymaking. An obvious challenge is a better understanding of the gaps between the level estimates of the three measurement modes at issue. For example, over the past five years, the number of officially identified victims in the Netherlands has stabilized at around 1,000. The prevalence rate has been estimated at 5,000 by MSE and 10,000 by the Walk Free’s latest GSI. What selection processes determine the attrition of 10,000 victimization experiences into 1,000 officially identified persons? Hypotheses on the causes of this attrition should be empirically tested in as many countries as possible, building on the knowledge gained with the design and pilot testing of general and bespoke victimization surveys over the past 50 years.
Afsluitend
De afgelopen twintig jaar zijn grote stappen gezet in het verzamelen van internationale statistieken over mensenhandel. Deze nieuw beschikbare meetgegevens zijn praktische instrumenten gebleken voor mondiale en nationale bewustmaking van het probleem. In combinatie met de rapportages van GRETA (de Group of Experts on Action against Trafficking in Human Beings: https://www.coe.int/en/web/anti-human-trafficking/greta) of de evaluatierapporten van het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken hebben deze omvangschattingen landen soms tot actie kunnen aanzetten.
Ze hebben echter niet gezorgd voor een alomvattend internationaal gestandaardiseerd monitoringssysteem dat beleidsmakers en praktijkmensen in staat stelt kwantitatieve doelen te stellen voor verdere actie tegen mensenhandel. Internationale statistieken over slachtoffers van mensenhandel zouden dus idealiter gebaseerd moeten zijn op volledig geharmoniseerde registratie, uitgebreid gestandaardiseerd enquêteonderzoek en een meer omvattende toepassing van de Multiple Systems Estimation methode. Een dergelijke alomvattend meetinstrument zou de planning, het beleid en monitoring van mondiale en nationale acties tegen mensenhandel een sterkere bewijskracht / evidentie bieden van het beleid en de praktijk daartegen.
Een dergelijk schattingsmodel is in 2021 toegepast om het aantal slachtoffers van mensenhandel in Nederland over de jaren 2016 tot en met 2019 te bepalen. Dit is vervolgens uitgesplitst naar type mensenhandel, sekse, minderjarige of meerderjarige leeftijd en herkomst uit Nederland of daarbuiten. Daarbij is gebruik van de Multiple Systems Estimation methode en de databronnen die ook bij de eerdere mensenhandel schattingen uit 2017 zijn toegepast. Het verschenen rapport daarover is hier te downloaden: https://repository.wodc.nl/handle/20.500.12832/3123 Kortom: ´Making Statistics on Human Trafficking Work´. Want ook bij de aanpak van mensenhandel geldt ´meten is weten´.
O ja, ik ga zo meteen naar het Jaarcongres Inzicht in slachtofferschap – Hoe kan wetenschap bijdragen aan beleid en praktijk? Deze middag in Den Haag is een samenwerking van het NSCR, Fonds Slachtofferhulp en Slachtofferhulp Nederland. Zie voor het programma: https://nscr.nl/27-februari-jaarcongres-inzicht-in-slachtofferschap/