Inleiding en context
Nogmaals allemaal een goede morgen toegewenst op deze dinsdag 7 mei 2024. Ik stuur een extra editie van de ´kennisparel´ van vandaag vanwege de huidige discussie rond het onderwerp van artificiële intelligentie (AI). Maar eerste een toepasselijk liedje uit 1978 bij het onderwerp: https://www.youtube.com/watch?v=abu2otMwDo4 Gisteren verscheen aan het eind van de middag een themanummer van het tijdschrift Justitiële Verkenningen over AI in relatie tot het beleidsterrein van Justitie & Veiligheid. Wat is AI? Welke maatschappelijke ontwikkelingen spelen er rond AI? En hoe raken deze ontwikkelingen het werkterrein van justitie en veiligheid? Deze vragen staan centraal in het nieuwe themanummer van Justitiële Verkenningen.
In dit themanummer staan drie aandachtspunten centraal. In de eerste plaats het zoeken naar evenwicht tussen enerzijds de beloften die AI biedt voor een rechtvaardiger en veiliger samenleving, en anderzijds de risico’s die er mee verbonden zijn en de manieren waarop deze risico’s beperkt kunnen worden. In de tweede plaats een accent op de actualiteit. De bijdragen gaan vooral over lopend onderzoek en over AI-toepassingen die nog volop in ontwikkeling zijn. De auteurs beschrijven ook minder succesvolle ervaringen, en de lessen die daaruit getrokken kunnen worden. Ook richten velen de blik vooruit door toekomstige ontwikkelingen te verkennen. In de derde plaats nadruk op praktijkgerichte toepassingen van AI. Er komen uiteenlopende sectoren en organisaties in de strafrechtketen en het veiligheidsdomein aan bod, waaronder gemeenten, politie, Koninklijke Marechaussee en forensische zorg. De geïnteresseerde lezers in AI verwijs ik graag naar deze eerder verschenen ´kennisparels´ over aspecten van het fenomeen van AI: 86;151;253;314;458;535;546;574; en 660. Deze zijn allemaal gratis te downloaden vanaf: https://prohic.nl/de-parels-van-jaap-de-waard/
Bron
Schuilenburg, Marc & Wim Bernasco (Red.) (april 2024). Artificiële intelligentie, Justitie en Veiligheid. Justitiële Verkenningen, vol. 50, no. 1, april, pp. 1-150. https://repository.wodc.nl/handle/20.500.12832/3357
Samenvatting
Wat is artificiële intelligentie (AI)? Welke maatschappelijke ontwikkelingen spelen er rond AI? En hoe raken deze ontwikkelingen het werkterrein van justitie en veiligheid? Deze vragen staan centraal in dit themanummer van Justitiële Verkenningen. Sinds een klein decennium is onze samenleving definitief het tijdperk van AI binnengetreden, met ingrijpende gevolgen voor alle domeinen – van mobiliteit en medische zorg tot de rechtshandhaving. Met de vele apparaten die met het internet zijn verbonden (Internet of Things), wordt de hoeveelheid digitale data waarover we kunnen beschikken steeds groter, en met nieuwe technologische mogelijkheden om deze data te analyseren groeit ook het aantal AI-toepassingen in onze samenleving.
Inmiddels zit bijna overal AI-technologie in, van de slimme deurbel en de apps op telefoons tot de zelfscankassa’s in de supermarkten. De enorme toename van beschikbare data en de AI-technologie waarmee deze data worden verwerkt, hebben niet alleen ertoe geleid dat AI in alle domeinen van de samenleving (‘breder’) wordt ingezet. AI graaft ook ‘dieper’ in ons bestaan doordat ze onze leefwijze en de manier waarop wij wonen en werken ingrijpend verandert. De hoeveelheid, variëteit en snelheid waarmee nieuwe AI-toepassingen worden ontwikkeld en ingezet, maken het lastig om goed grip te krijgen op wat AI precies is en wat ze doet. Zo worden voortdurend nieuwe hoofdstukken toegevoegd aan het AI-narratief – de manier waarop over AI wordt gedacht en gesproken in de samenleving.
Het lijdt weinig twijfel dat AI zich de komende jaren in hoog tempo zal blijven ontwikkelen. Hoe er in de samenleving gedacht en gesproken wordt over het toepassen van AI zal hierdoor ook blijven veranderen en dus van invloed blijven op het gebied van justitie en veiligheid. Daarom is het noodzakelijk om kennis te nemen van en tijdig te reflecteren over het nut en de noodzaak van AI in de strafketen en het veiligheidsdomein. Zo biedt AI-technologie kansen voor criminelen omdat zij hun nieuwe instrumenten verschaft om misdrijven te plegen als oplichting, chantage of fraude, maar kan zij ook ingezet worden om criminaliteit te bestrijden, en worden gebruikt bij de handhaving van openbare orde en veiligheid. Beide toepassingen van AI vereisen andere organisatievormen en vaardigheden van partijen op het gebied van justitie en veiligheid. Tegelijk vraagt de doorwerking van AI om nieuwe wet- en regelgeving om de gevaren en mogelijke nadelen ervan te kunnen beteugelen, onder meer op het gebied van privacy en andere burger- en grondrechten.
In bijgesloten ´kennisparel´ komen de volgende onderwerpen aan de orde:
- De verschijningsvormen van AI-criminaliteit en de juridische aansprakelijkheid, verantwoordelijkheid en strafbaarheid voor schade door AI-criminaliteit.
- De consequenties van AI in politiewerk voor de kennis en vaardigheden waarover uitvoerende politiemensen moeten beschikken, niet alleen over digitale of technische kanten van AI, maar ook over juridische en ethische aspecten.
- Actuele ontwikkelingen rond het gebruik van AI bij de Koninklijke Marechaussee.
- De beperkingen van AI bij het gebruik voor forensische advisering over verblijfsintensiteit en beveiligingsniveau.
- Onderzoek naar toepassingen van AI voor het veilig beheersen van mensenmassa’s bij grootschalige evenementen.
- De ontwikkeling van inclusieve AI-toepassingen voor openbare orde en veiligheid in het Living Labs Scheveningen.
- Het integreren van ethische aspecten bij het ontwikkelen en toepassen van AI.
- Het opschalen van succesvolle lokale AI-toepassingen.
Kortom, ´een must read´ voor iedereen die direct of indirect betrokken is bij ontwikkelingen binnen AI op het terrein van criminaliteit en rechtshandhaving. En dat allemaal gratis en voor niets. Het is maar goed dat het tijdschrift Justitiële Verkenningen inmiddels aan de 50e jaargang is begonnen. Een onmisbare kennisbron op het brede terrein van Justitie & Veiligheid.
Afsluitend
AI heeft talloze toepassingen die al in de samenleving zijn geïntroduceerd: biometrische (inclusief gezichts-) herkenning, objectherkenning, risico- en succesvoorspelling, algoritmisch besluitvorming of ondersteuning, automatische vertaling, aanbevelingssystemen, enzovoort. Deze AI-toepassingen hebben hun weg gevonden naar vele sectoren in de maatschappij zoals rechtshandhaving, justitie, mens en middelenbeheer, financiële diensten, transport, gezondheidszorg en openbare diensten. Deze toepassingen hebben bijzondere impact op mensenrechten, de democratie en de rechtsstaat in het algemeen.
Het feit dat AI bestaande vooroordelen kan bevestigen of versterken, is vooral relevant bij gebruik binnen de rechtshandhaving en criminaliteitsbestrijding. In situaties waar fysieke vrijheid of persoonlijke veiligheid op het spel staan, zoals bij predictive policing, en recidive risico bepaling en veroordeling is het zaak om hier zeer kritisch op te zijn. Wanneer een AI-systeem bijvoorbeeld wordt gebruikt voor recidivevoorspelling of veroordeling kan dat vertrekkende gevolgen hebben voor de betrokken individuen. Het kan fungeren als een black box waardoor het onmogelijk is voor juridische professionals, zoals rechters, advocaten en officieren van justitie om de redenering achter de uitkomsten van het systeem te begrijpen.
Beslissingen worden meer en meer gebaseerd op algoritmes die met kunstmatige intelligentie zijn gemaakt. Dat brengt grote risico’s met zich mee, als burgers geconfronteerd worden met beslissingen waar men zich niet tegen kan verweren mede omdat niet helder is hoe die tot stand komen. Tegelijk weten we dat statistische gegevens vaak beter in staat zijn risico’s te beoordelen dan op ervaring gegronde oordelen. Er zal nadere regulering moeten komen voor de toepassing van algoritmes, waarvan belangrijke elementen zijn de transparantie over hun werking, toetsing op discriminerende vertekening, en finale menselijk betrokkenheid bij de toepassing van de uitkomsten. Anticiperen in plaats van reageren op ontwikkelingen aangaande AI is dan de juiste strategie voor het te ontwikkelen justitiebeleid.