Search
Probleemgericht werken aan High Impact Crime
[771] 9 oktober 2024: Klassenjustitie in Nederland

Inleiding

Goede morgen allemaal op deze woensdag 9 oktober 2024. Ik begin met een toepasselijk liedje bij de ´kennisparel´ van vandaag: https://www.youtube.com/watch?v=o-iMNS74Baw ´Geen vervolgopleiding, wel migratieachtergrond? Grotere kans op celstraf´ kopt de NOS vanochtend: https://nos.nl/op3/artikel/2540117-geen-vervolgopleiding-wel-migratieachtergrond-grotere-kans-op-celstraf Vandaag dus een ´kennisparel´ over klassenjustitie in Nederland.

Wat blijkt? Mensen die een vergelijkbaar misdrijf plegen, krijgen niet altijd dezelfde straf. Verdachten zonder vervolgopleiding en met een migratieachtergrond krijgen bijna drie keer zo vaak een celstraf opgelegd als verdachten met een hbo- of wo-opleiding die geen migratieachtergrond hebben. Voor de eerste groep is de kans op gevangenisstraf 23 procent, voor de tweede groep 8,3 procent. Dat blijkt uit een analyse van cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) uitgevoerd door NOS op 3 in samenwerking met onderzoeksjournalisten van Investico. Officieren van justitie gaan bij verdachten met een migratieachtergrond vaker over tot vervolging, de rechter verklaart ze eerder schuldig en ze krijgen vaker een gevangenisstraf opgelegd.

Voor hetzelfde misdrijf kom je als laagopgeleide verdachte met een migratieachtergrond in het strafrecht dus slechter af dan hoogopgeleiden zonder migratieachtergrond: het Openbaar Ministerie gaat vaker over tot vervolging, de rechter verklaart vaker schuldig en stuurt die verdachten vaker naar de gevangenis. Klassenjustitie werd op deze manier niet eerder onderzocht.

Bron

Burgh, Romy van der, Belia Heilbron & Anouk Kootstra (oktober 2024). Klassenjustitie in Nederland. Amsterdam: Stichting Investico.https://www.platform-investico.nl/onderzoeken/klassenjustitie-in-nederland

Centraal Bureau voor de Statistiek (juli 2024). Vervolging en berechting misdrijven 2001-2022. Den Haag: CBS. https://www.cbs.nl/nl-nl/maatwerk/2024/30/vervolging-en-berechting-misdrijven-2001-2022

Samenvatting

NOS op 3 analyseerde samen met Investico 1,2 miljoen besluiten van het Openbaar Ministerie, ruim een half miljoen uitspraken van de rechter en meer dan 200.000 opgelegde gevangenisstraffen. Het is voor het eerst dat bij deze cijfers naar de invloed van opleidingsniveau is gekeken. Belangrijke kanttekening: uit de cijfers valt niet af te leiden of het verschil in straffen bijvoorbeeld komt doordat een verdachte al eerder is berecht. In dat geval geeft de rechter vaak een hogere straf. Uit de cijfers is dus niet op te maken waarom de straffen verschillen.

De gebruikte data van het CBS geeft informatie over bij een parket ingeschreven rechtbankstrafzaken waarover het Openbaar Ministerie (OM) een beslissing heeft genomen en zaken die zijn afgedaan door de rechter in eerste aanleg. De door het OM genomen beslissingen zijn onderverdeeld naar de soort beslissing. De afdoeningen door de rechter zijn onderverdeeld naar soort eindbeslissing en soort sanctie. De gegevens zijn uit te splitsen naar leeftijd op het moment van plegen van het strafbare feit, soort verdachte, type misdrijf, hoogst gevolgde opleiding, huishoudensinkomen en herkomstkenmerken.

Voor hetzelfde misdrijf kom je er als laagopgeleide verdachte met een migratieachtergrond in het strafrecht slechter vanaf dan hoogopgeleiden zonder migratieachtergrond: het OM gaat vaker over tot vervolging, de rechter verklaart je vaker schuldig en stuurt je vaker naar de gevangenis. Klassenjustitie werd op deze manier niet eerder onderzocht. Investico analyseerde samen met NOSop3 en mede voor De Groene Amsterdammer op basis van nieuwe data van het CBS hoe groot de verschillen in straftoemeting zijn tussen verdachten met een hoge en een lage sociale status.

Daaruit blijkt: ben je een laagopgeleide verdachte en heb je daarnaast ook een migratieachtergrond dan is de kans dat je in de gevangenis belandt één op vier. Word je verdacht van een misdrijf en ben je hoogopgeleid en heb je geen migratieachtergrond, dan is de kans dat je in de cel belandt één op twaalf. Dit verschil zie je wanneer je kijkt naar alle delicten samen. Hetzelfde patroon is zichtbaar bij vijftien afzonderlijke delicten die wij onderzochten. Als vmbo-geschoolde verdachte met een migratieachtergrond heb je bij een verdenking van mishandeling drie en een halve keer zoveel kans op gevangenisstraf dan wanneer je een hbo- of universitaire opleiding hebt gedaan en geen migratieachtergrond hebt.

Voor rijden onder invloed is die kans ruim drie keer zo groot. En als je verdacht wordt van ‘eenvoudige diefstal’, zoals winkeldiefstal of zakkenrollerij, is die kans ruim twee en halve keer zo groot. Zelfs bij een verdenking van moord en doodslag is de kans bijna anderhalf keer zo groot om in de gevangenis te belanden. De cijfers geven een inzicht in de uitkomst van beslissingen van OM en rechters, maar ze laten niet zien wat de redenen zijn wáárom mensen met een lage status harder gestraft worden. De oorzaak van de grote verschillen is niet af te leiden uit de cijfers. Zo is het niet bekend of sommige verdachten al eerder zijn veroordeeld voor hetzelfde misdrijf, een van de strafverzwarende factoren waar rechters naar kijken.

Naast de analyse van de cijfers spraken NOS op 3 en Investico ook met tientallen officieren van justitie, rechters en advocaten. De verschillen in opgelegde straf worden door de mensen in de rechtspraak mede verklaard door de vrijheid die rechters hebben om te kijken naar de persoonlijke omstandigheden van de verdachte.

Afsluitend

Is er in Nederland sprake van klassenjustitie en zo ja in welke mate en in welke onderdelen van de strafrechtsketen? Op basis van het onderzoek van Investico blijkt dit het geval te zijn. Het ministerie van Justitie en Veiligheid zegt in een reactie dat het WODC afgelopen juni een onderzoek is gestart naar de oververtegenwoordiging van mensen met een migratieachtergrond in het strafrecht. Daarbij zal ook worden onderzocht in hoeverre er in de strafrechtketen sprake is van ongelijke behandeling op grond van de sociaaleconomische positie van verdachten.

De uitkomsten geven toch minimaal reden voor een gefronst voorhoofd. Het is te hopen dat die uitkomsten aanleiding zullen zijn voor een inhoudelijke discussie binnen het politieke spectrum en de de verschillende onderdelen binnen de strafrechtketen. En mooi trouwens dat wij in Nederland in staat zijn om met ´investigative journalism´ in staat zijn om dergelijke onderwerpen op een onafhankelijke manier te belichten.

prohic_linksonder