Inleiding en context
´It is easy to lie with statistics, but it is easier to lie without them (Frederic Mosteller)´. Goede morgen allemaal op deze donderdag 18 augustus 2022. Ik begin met een vrolijk lied: https://www.youtube.com/watch?v=ZbZSe6N_BXs Daar moet iedereen toch echt vrolijk van worden. Maar nu naar de bijgesloten ´kennisparel´ van vandaag. Dat is er ééntje van mijn eigen hand. Het betreft een PowerPoint presentatie over ´Het beeld van de criminaliteit in Nederland anno 2022: Trends, achtergronden en verklaringen´.
Conclusie daaruit: het gaat goed met de ontwikkelingen op de Nederlandse ‘’klassieke criminaliteitsmarkt’’ / offline criminaliteit. Er is sprake van een voortgaande daling bij vermogenscriminaliteit (autodiefstal, woninginbraak, autokraak, winkeldiefstal, straatroof en zakkenrollerij) en geweldscriminaliteit (mishandeling, seksueel geweld, verkrachting, moord en doodslag). Een zelfde ontwikkeling is zichtbaar op basis van zogenaamde slachtofferenquêtes waarin een steekproef van de bevolking aangeeft of ze het afgelopen jaar slachtoffer zijn geweest van criminaliteit. Wanneer we kijken naar de ontwikkeling van zogenaamde ´online criminaliteit´, individueel slachtofferschap van cybercriminaliteit dan zien we een stijging over de afgelopen jaren. Die stijging is echter minder omvangrijk dan de waargenomen daling van ´offline criminaliteit´. In de bijgesloten presentatie zijn al die trendgegevens mooi terug te vinden. Ik hoop dat weer een beetje vrolijk maakt, het is allemaal niet zo vreselijk gesteld met ´de criminaliteit´ in Nederland.
Bron
Waard, Jaap de (augustus 2022). Het beeld van de criminaliteit in Nederland anno 2022: Trends, achtergronden en verklaringen. Den Haag: Ministerie van Justitie & Veiligheid, 16 pp.
Samenvatting
Veel criminologen zijn geïntrigeerd door de oorzaken voor het ontstaan van criminaliteit. Die willen ze op verschillende manieren in kaart brengen. Het lijkt alsof criminologen vooral georiënteerd zijn op verklaringsmodellen voor het ontstaan van criminaliteit: waarom plegen mensen criminaliteit, wat drijft ze en wat weerhoudt hen? Maar waar ze grote moeite mee hebben is om verklaringen te bieden voor de gebleken daling van de criminaliteit. Waarom is die de afgelopen jaren zo spectaculair gedaald? In Nederland is sinds 2002 sprake van een significante daling van de criminaliteit. Het totaal aantal geregistreerde misdrijven is in 2021 ten opzichte van 2002 met ruim 46 procent omlaaggegaan. In 15 jaar tijd zien we dat het totale slachtofferschap met 59 procent daalt. Die daling doet zich zowel voor bij vermogenscriminaliteit (autodiefstal, woninginbraak, autokraak, winkeldiefstal, straatroof en zakkenrollerij) als geweldscriminaliteit (mishandeling, seksueel geweld, verkrachting, moord en doodslag). Opvallend is de sterke daling tussen 2006 en 2021 van het aantal volwassen en jeugdige verdachten in Nederland, met respectievelijk bijna 50 en 70 procent. De afname van criminaliteit zien we in een groot deel van de geïndustrialiseerde wereld. Daarbij zijn er overeenkomsten in de omvang en achtergrond van de criminaliteitsdaling tussen verschillende landen. De presentatie gaat onder meer ook in op de verklaringen die ten grondslag liggen aan de geobserveerde daling in de criminaliteit, een aantal jaren geleden maakte ik daar deze analyse over: https://www.researchgate.net/publication/316968064_Criminology’s_Dirty_Little_Secret_Hoe_de_daling_van_de_criminaliteit_bijna_geheel_voorbijging_aan_de_Nederlandse_criminologie
Afsluitend
Bij deze positieve ontwikkeling is een ‘’winstwaarschuwing’’ op zijn plaats: op basis van de dalende criminaliteitscijfers kunnen geen betrouwbare uitspraken worden gedaan over hoe de criminaliteitsmarkt zich in de komende jaren zal ontwikkelen. Er is sprake van een zogenaamde dynamische en niet van een statische criminaliteitsmarkt. De cijfers van de door de politie geregistreerde criminaliteit en die uit slachtofferenquêtes heeft een aantal beperkingen waarmee rekening gehouden moet worden:
- De ‘’totale omvang’’ van criminaliteit behelst meer dan wat de politie registreert of waar individuen en bedrijfsleven via zogenaamde slachtofferenquêtes zelf opgave van doen. Er is sprake van een groot ‘dark number’ van misdrijven dat niet ter kennis van politie komt. Er zijn zogenaamde ´verborgen slachtofferpopulaties´, zeker waar het om vormen van georganiseerde misdaad gaat.
- De cijfers hebben betrekking op door de politie geregistreerde criminaliteit. Criminaliteit die (ook) wordt aangepakt door Bijzondere Opsporing Diensten, inspecties of bestuurlijke autoriteiten komt grotendeels niet in deze cijfers terug. Hierbij gaat het o.a. om thema’s als fraude en milieucriminaliteit.
- In toenemende mate wordt in reactie op criminaliteit (o.a. fraude, georganiseerde misdaad, jeugdcriminaliteit, high impact crimes) ingezet op een integrale aanpak waarbij veel overheidsdiensten samen optreden. Activiteiten van politie en OM in dit verband leiden niet per definitie tot strafrechtelijke opsporing en vervolging, maar ook tot het in positie brengen van bestuursrechtelijke autoriteiten, toezichthouders of inspecties. Deze activiteiten komen dan niet tot uitdrukking in de cijfers van geregistreerde criminaliteit.
- Zowel slachtofferenquêtes als politieregistraties verschaffen slechts summier informatie over zogenaamde slachtofferloze delicten zoals illegaal wapenbezit, heling, (belasting)fraude, milieudelicten, knoeien met producten en intellectueel eigendom.
- Er is slechts summier zicht op de omvang en ernst van verschillende vormen van cybercrime. Deze fenomenen komen niet of nauwelijks terug te vinden in de cijfers van geregistreerde criminaliteit. Professionals uit het veld waarschuwen voor de snel voortschrijdende digitalisering van de samenleving en ontwikkelingen.
- Ook binnen het domein van de georganiseerde criminaliteit wordt lang niet alles zichtbaar in de cijfers: volgens de beschikbare gegevens uit voortgangsrapportages van OM en politie wordt thans zo’n 40% van de criminele groepen waar de politie kennis van heeft, aangepakt (en 60% dus niet). Er is op dit gebied dus nog sprake van een fors handhavingstekort.
- Ten slotte, het is niet voor iedereen veiliger geworden. De criminaliteitsdruk is ‘’scheef’’ of ongelijk verdeeld. Zowel bij daders, slachtoffers en binnen specifieke geografische plekken, plaatsen of branches is sprake van een belastende concentratie van criminaliteit. Een klein percentage van de daders pleegt een fors deel van de criminaliteit; een klein percentage van de slachtoffers neemt een fors deel van het totale slachtofferschap voor de rekening; en in een aantal geografische gebieden wordt een fors deel van de criminaliteit gepleegd. Daar is het de afgelopen jaren niet veiliger geworden, dus is er werk aan de winkel.